Beginselen van het naaien
Beginselen van het naaien
Stikken / Praktische toepassingen
A
C
16
NL / BE
B
1
11
A. Naaien
Zodra de machine goed is ingeregen en
ingesteld, verlaagt u de naaivoet (9) voor
het beginnen met naaien door de twee-
12
staps naaivoethendel (18) te verlagen.
Druk vervolgens op het voetpedaal (t) om
met het naaien te beginnen.
B. Afhechten
Druk aan het einde van de stof op de
achteruitnaaihendel (12). Naai enkele
steken achteruit. Laat de hendel los en de
machine naait weer vooruit.
Omgekeerd naaien wordt gebruikt om het
garen aan het begin en aan het einde van
de naad, of overal waar dit nodig is, te
versterken en te verankeren.
C. Het losmaken van de naaistof
Het handwiel (21) tegen de klok in draaien
om de garenopnemer (1) in de hoogste
positie te zetten. De naaivoet (9) omhoog
brengen en de naaistof naar achteren
trekken om de stof los te maken.
C. Draad afsnijden
Houd het garen met beide handen achter
de naaivoet, trek het in de garensnijder (11)
en beweeg de handen naar onder.