3.
Kies het gewenste LCD-contrast en bevestig dit met behulp van de toets ALARM/SET. U komt dan in de
modus handmatige tijdinstelling, Om de modus SET handmatig direct te verlaten, kunt u met behulp van
de toets CHANNEL op elk gewenst moment terugkeren naar het tijddisplay.
HET INSTELLEN VAN DE TIJD
De ontvangst van de radiografische tijd
De tijd wordt radiografisch overgeseind door een cesium-atoomklok, die wordt gerund door de Duitse
Physikalisch Technische Bundesanstalt in Braunschweig. De afwijking bedraagt minder dan 1 seconde in een
miljoen jaar. De tijd is gecodeerd en wordt vanuit Mainflingen in de buurt van Frankfurt am Main overgeseind
via een DCF-77 signaal (frequentie 77,5 KHz) met een bereik van ca. 1500 km. Uw radiografisch bestuurde
weerstation ontvangt dit signaal, transformeert het en geeft altijd de exacte tijd weer. Ook de omschakeling
tussen zomer- en wintertijd gebeurt automatisch.
De ontvangst hangt hoofdzakelijk af van de geografische ligging. In normale gevallen moeten er bij het
overseinen binnen een straal van 1.500 km vanuit Frankfurt am Main geen problemen ontstaan.
2 minuten en 30 seconden nadat de tijd voor de eerste keer is ingesteld, begint het DCF-symbool (rechts
boven) te knipperen. De klok heeft een radiografisch signaal waargenomen en probeert nu dit signaal te
ontvangen. Wanneer het gelukt is om de tijdcode te ontvangen, blijft het symbool permanent op het display
staan en wordt de radiografische tijd weergegeven.
Indien het DCF-symbool oplicht zonder dat er een tijd wordt weergegeven, neem dan de volgende
aanwijzingen in acht:
•
Aanbevolen wordt om een afstand van minstens 1,5 – 2 meter aan te houden tot eventuele storende
apparaten zoals monitoren van computers en televisies.
•
In gebouwen die zijn geconstrueerd uit gewapend beton (kelders, bovenbouw), is het ontvangen signaal
natuurlijk zwakker. In extreme gevallen raden wij aan om het apparaat in de buurt van een raam te
plaatsen en/of het apparaat te draaien om een betere ontvangst van het radiografische signaal te
krijgen.
•
's Nachts zijn de atmosferische storingen meestal geringer en is ontvangst in de meeste gevallen
mogelijk. Wanneer het signaal één keer per dag wordt ontvangen, is dit reeds voldoende om ervoor te
zorgen dat de precisie gewaarborgd blijft en afwijkingen beneden de seconde te houden.
HANDMATIGE TIJDSINSTELLING
Indien het weerstation geen DCF-signaal kan ontvangen (bijv. vanwege storingen of vanwege de afstand
waarover het signaal wordt overgeseind etc.), kan de tijd ook handmatig worden ingesteld. De klok werkt dan
als een gewone kwartsklok.
1.
Houd de toets ALARM/SET ca. 3 seconden ingedrukt om in de modus SET te komen.
2.
Druk nogmaals op de toets ALARM/SET, om in de modus handmatige tijdsinstelling te komen. Nu begint
de weergegeven waarde voor de uren te knipperen.
3.
Stel met de toets MIN/MAX/+ of -/HISTORY de uren in.
4.
Druk nogmaals op de toets ALARM/SET om de instelling te bevestigen. Nu begint de weergegeven
waarde voor de minuten te knipperen.
5.
Stel met de toets MIN/MAX/+ of -/HISTORY de minuten in.
6.
Druk nu op de toets ALARM/SET om naar de modus voor de instelling van de tijdzone te springen.
Let op:
Ook als de klok handmatig ingesteld is, zal het apparaat ieder uur proberen om een signaal te ontvangen.
Zodra het apparaat het DCF-signaal ontvangt, wordt de handmatig ingestelde tijd automatisch vervangen door
de radiografisch ontvangen tijd. Wanneer het apparaat probeert om het DCF-signaal te ontvangen, licht het
radiografische symbool op. Indien de ontvangst niet succesvol was, wordt het radiografische symbool niet
weergegeven. Het apparaat probeert echter nog steeds ieder uur een radiografisch signaal te ontvangen.
HET INSTELLEN VAN DE TIJDZONE:
De in de fabriek ingestelde tijdzone op het weerstation is 0. Om een andere tijdzone in te stellen die afwijkt
van de DCF-tijd, gaat u als volgt te werk:
1.
Na het verlaten van de modus voor de handmatige tijdsinstelling knippert de weergave van de tijdzone.
2.
Druk op de toets MIN/MAX/+ of -/HISTORY om de tijdzone in te stellen. De schaal loopt van 0 tot +9 en
dan van –9 naar 0, telkens met afstanden van 1 uur.
3.
Druk nogmaals op de toets ALARM/SET om naar de modus voor het instellen van de datum te springen.
HET INSTELLEN VAN DE DATUM:
Datum
Maand
Jaar
De in de fabriek ingestelde datum op het weerstation is 1-1-1999. Zodra het radiografische signaal wordt
ontvangen, wordt de datum automatisch geactualiseerd. Indien geen signaal wordt ontvangen, kan de datum
ook handmatig worden ingevoerd.
1.
Na het verlaten van de modus voor het instellen van de tijdzone knippert het weergegeven jaar.
2.
Druk op de toets MIN/MAX/+ of -/HISTORY om het jaar in te stellen. Het bereik loopt van 1999 tot 2020.
3.
Druk nogmaals op de toets ALARM/SET om de ingevoerde waarde te bevestigen en om over te gaan
naar de instelling van de maand. De weergegeven waarde voor de maand knippert.
4.
Voer met behulp van de toets MIN/MAX/+ of -/HISTORY de betreffende maand in.
5.
Bevestig de ingevoerde waarde met de toets ALARM/SET. Nu knippert de weergegeven waarde voor de
datum.
6.
Met behulp van de toets MIN/MAX/+ of -/HISTORY kan de betreffende datum worden ingevoerd.
7.
Druk nogmaals op de toets ALARM/SET om alle ingevoerde waarden te bevestigen of verlaat de
instelmodus direct met behulp van de toets CHANNEL.
2. BINNENTEMPERATUUR EN RELATIEVE LUCHTVOCHTIGHEID
rel. luchtvochtigheid
binnenruimte in %
De binnentemperatuur en de luchtvochtigheid worden automatisch geactualiseerd en weergegeven op het
tweede LCD-veld.
Het omschakelen en wissen van de meetwaarden van de binnenruimte:
1.
Om over te schakelen tussen de actuele, de minima en de maxima van de binnentemperatuur en de
luchtvochtigheid, dient u op de toets MIN/MAX/+ te drukken:
Eén keer:
de hoogste temperatuur en luchtvochtigheid worden weergegeven.
Twee keer: de laagste temperatuur en luchtvochtigheid worden weergegeven.
Drie keer: u keert terug naar de actuele temperatuur en luchtvochtigheid.
2.
Om de minima en de maxima van de temperatuur en de luchtvochtigheid te wissen, dient u de toets
MIN/MAX/+ gedurende 3 seconden ingedrukt te houden. Hiermee worden alle opgeslagen maxima en
minima gewist en het apparaat geeft alleen nog de actuele waarden weer.
3. WEERSVOORSPELLING, WEERTENDENS, RELATIEVE LUCHTDRUK, HET FIJN
AFSTELLEN VAN DE WEERSYMBOLEN EN HET INSTELLEN VAN ºC/ºF.
De weersvoorspellingssymbolen:
In het derde LCD-veld worden drie verschillende symbolen weergegeven in een van de volgende combinaties:
Zonnig
Bewolkt met zonnige perioden
Binnentemperatuur
in °C of ºF
Regen