4. Installatie
Voor het aansluiten van de verschillende onderdelen dient u de volgende
handelingen als hieronder beschreven uit te voeren.
Installatie van de wielen:
De wielen en de voor de montage benodigde onderdelen zijn bij de
lasmachine mee verpakt. Om de wielen te kunnen monteren moet de
machine op een van zijn zijde gelegd worden en ondersteund. Monteer de
zwenkwielen aan de voorkant van de machine met de bouten (8). Draai de
bouten aan. Steek as door de drager van het beschermgas cilinder.
Monteer de vaste wielen met de snel borger (2) op de as
Transport
Gebruik de handgreep aan de voorzijde om de machine te verplaatsen.
Montage 400V stekker (KombiMIG 160/180).
Aan de voedingskabel dient een goed gekeurde stekker te worden
gemonteerd. Van de drie aderig kabel worden de bruin en blauw ieder op
een fase (L1, L2, L3 of R, S, T) aangesloten en de aarde draad (geel/groen)
op de aard aansluiting.
Installatie machine onderdelen:
1. Sluit de negatieve aansluiting aan op het werkstuk door middel
van een laskabel met aardklem.
2. Plaats het gas cilinder op de drager achter op het apparaat en
vergrendel de cilinder met de respectievelijke ketting.
3. Monteer het reduceerventiel op de cilinder.
4. Sluit de gasslang, welke uit de achterkant van de machine komt,
op de tule van de reduceerventiel/drukregelaar aan.
5. Sluit het laspistool aan op de adapter.
6. Plaats de draadhaspel op de draadrol houder. Ontgrendel de
drukrol van de draad aanvoereenheid en voer hierna de lasdraad
in via de ingang geleider en de draadrol. Sluit de drukrol en zorg
ervoor dat de lasdraad in de groef van de draadrol valt. Gebruik
uitsluitend een draadrol die overeenkomt met de diameter en het
gebruikte soort lasdraad. Stel de druk op de draad in door middel
van het verdraaien van de daarvoor bestemde knop. De druk
hangt af van het type en de diameter van de gebruikte lasdraad en
10