2.3.5. Knoppenpaneel
Het knoppenpaneel wordt gebruikt om instellingen in te geven en te zien, de status van de
machine te controleren, werkingsmodes te veranderen, storingsmeldingen te wissen en
machinefuncties uit te voeren. De indeling van het knoppenpaneel en de functies van de
knoppen worden hieronder toegelicht.
Zoals getoond in figuur 2-49 worden de knoppen in het bovenste gedeelte van het
knoppenpaneel gebruikt voor algemene bediening van de machine en navigatie met het
knoppenpaneel. Zij zijn niet specifiek verbonden met een baan. De knoppen in het onderste
gedeelte van het knoppenpaneel zijn onderverdeeld in twee groepen en worden gebruikt om de
verschillende machinefuncties uit te voeren. Met de rechtergroep wordt de oneven machine
bediend. Met de linkergroep wordt de even machine bediend.
Algemene bediening
van de machine/
Navigatie met
knoppenpaneel
Bediening van de
even machine
400-051-202-01 Rev. B
Figuur 2-49, System Controller Keypad
(knoppenpaneel van de systeembesturing)
Gebruikershandleiding
Bediening
van de
oneven
machine
Pag. 2-21