15
BEDIENINGSINSTRUCTIES
DAGELIJKSE CONTROLES VOORDAT U DE VERSNIPPERAAR START (ALLE MODELLEN)
PLAATS de versnipperaar op een stevige, vlakke
ondergrond.
CONTROLEER of de versnipperaar goed wordt
ondersteund en niet in beweging kan komen.
CONTROLEER of de assteun in de laagste positie
staat en stevig vastzit (alleen aanhangermodellen).
CONTROLEER of alle beschermkappen stevig zijn
bevestigd.
CONTROLEER of de uitvoereenheid op zijn plaats zit
en stevig is bevestigd.
Zie de afbeeldingen op pagina 4,5, 7 en 8 voor de locatie van onderdelen.
NOODSTOP - MOTOR (AANHANGERMODELLEN)
Zet de gashendel in de 'schildpad'-positie. Draai de contactsleutel in de positie O.
NOODSTOP - MOTOR (RUPSMODELLEN)
Voor een complete stop van de machine in een noodsituatie moet de rode knop boven op de motorkap ingedrukt worden.
Hierdoor zal de motor worden gestopt in een zo kort mogelijke tijd. De motor kan niet herstart worden totdat de noodknop
weer is uitgetrokken en de contactschakelaar is uitgezet om de machine te resetten.
WALSEN STOPZETTEN (ALLE MODELLEN)
Zodra u de rode veiligheidsstang activeert, worden de walsen onmiddellijk stopgezet. Om de walsen opnieuw te starten,
drukt u op de groene invoerknop of de blauwe terugloopknop.
NOODSTOP - WALSEN (ALLE MODELLEN)
Zodra u op de rode noodknop op de walsbedieningskast drukt, worden de walsen onmiddellijk stopgezet. De knop blijft
ingedrukt totdat u deze reset (uittrekt). Pas daarna kunt u de walsen opnieuw starten. OPMERKING - met deze knop
wordt de motor niet uitgeschakeld.
INDICATOR VOOR PEIL VAN HYDRAULISCHE OLIE/BRANDSTOF - AANHANGERMODELLEN
Het peil is zichtbaar door de wand van de tanks.
MES SLIJTAGE
Het belangrijkste bij het gebruik van een versnipperaar is het scherp houden van de messen. Timberwolf
versnippermessen zijn geslepen onder een hoek van 40 graden. Bij het uitvoeren van dagelijkse mes-controle
dient de mes-rand scherp en vrij van bramen te zijn, als er tekenen van beschadiging zijn, of als de rand bot
is, vervang deze messen dan.
Een nieuw mes zou tot 25 uur moeten kunnen versnipperen voordat deze geslepen dient te worden. Deze tijd
zal drastisch worden verminderd door het invoeren van steen-, zand- of modderachtige materialen. Als een
mes bot wordt zullen de prestaties minder worden, de stress en belasting op de machine worden hoger en
worden de snippers onregelmatiger en draderig. Wanneer dit het geval is moeten de messen naar een
gerenommeerd messenslijp bedrijf worden gebracht. De messen kunnen tijdens hun levensduur meerdere
malen geslepen worden. Een slijtage markering op de achterzijde geeft de veilige grens aan van de mes
slijtage. Messen dienen te worden vervangen wanneer deze lijn wordt overschreden.
De machine is ook uitgerust met een statisch mes (aambeeld). Het is belangrijk dat het aambeeld in goede
staat blijft om de snijbladen efficiënt te laten functioneren. Als het aambeeld versleten is zullen de prestaties
slecht zijn, zelfs met scherpe messen.
THERMOMETER VOOR HYDRAULISCHE OLIE/INDICATOR VOOR OLIEPEIL - RUPSMODELLEN
Deze bevindt zich aan de zijkant van de hydraulische-olietank. Bij gebruik van de versnipperaar mag de
temperatuur van de olie niet hoger worden dan 65
onmiddellijk uitschakelen. Als u zich niet aan dit voorschrift houdt, kan de machine beschadigd raken.
Oververhitting kan optreden als de versnipperaar extreem intensief wordt gebruikt in warme
omstandigheden, omdat de olie dan niet kan afkoelen. Schakel de versnipperaar uit en laat de olie
afkoelen voordat u doorgaat. Als de temperatuur hoger wordt dan 65
intensief wordt gebruikt of als de luchttemperatuur niet erg hoog is, betekent dit dat het oliepeil laag is of
dat de hydraulische motor of een klep is vastgelopen. Schakel de machine onmiddellijk uit en probeer de
oorzaak te achterhalen.
Als de versnipperaar op een vlakke ondergrond staat, moet het oliepeil zich bevinden tussen de rode lijn
onder aan het peilglas en de blauwe lijn aan de bovenkant ervan. Als het peil aanzienlijk daalt, wijst dit
op een olielek. Schakel de machine onmiddellijk uit en probeer de oorzaak te achterhalen.
CONTROLEER of de uitvoerbuis in een richting wijst
die geen gevaar oplevert.
CONTROLER of er geen voorwerpen in de
invoertrechter zitten.
CONTROLEER of de invoerbak omhoog is geklapt
zodat de walsen niet kunnen worden aangeraakt.
CONTROLEER de bedieningselementen zoals
hieronder beschreven.
CONTROLEER (visueel) op lekken van vloeistof.
CONTROLEER het peil van de brandstof en de
hydraulische olie.
C. Gebeurt dat toch, dan moet u de machine
o
C en de machine niet extreem
o
TIMBERWOLF
MODELLEN TW 190