Inhoudsopgave
Advertenties
Een programma bewerken
1. Als een bestand is geselecteerd, kunnen de parameters worden bewerkt met de Mode-knop.
2. Als de parameter is geselecteerd, knippert deze. Gebruik de pijltoetsen ▼▲ om waarden
te verhogen of te verlagen.
3. Druk op de Mode-toets om naar de volgende parameter te gaan.
4. Als de parameter is geselecteerd, gebruikt u de pijltoetsen ▼▲ om de waarden te
verhogen of te verlagen. OPMERKING: De instelwaarde (volt, ampère of watt) wordt
linksboven op het display weergegeven. De timer is de eerste regel rechtsboven en de
andere waarden (volt, ampère of watt) worden weergegeven op de tweede en derde regel
aan de rechterkant van het display.
10.0 Begrensde parameterinstellingen kiezen
De Axygen®-voedingen kunnen werken op begrensde spanning, begrensde stroom (PS250HA
en PS300GP) of begrensd vermogen (alleen PS250HA). Voor de meeste toepassingen raden we
aan om de Axygen-voedingen op een begrensde spanning te gebruiken. Zie hieronder voor
meer details.
10.1 Begrenzen van de spanning
Voor de meeste methoden van elektroforese neemt de weerstand tijdens de test toe. Het
begrenzen van de spanning biedt de volgende voordelen:
Stroom en vermogen nemen tijdens de run af, waardoor de veiligheidsmarge in de loop van
de tijd toeneemt.
Dezelfde instelling kan voor de spanning worden gebruikt, ongeacht het aantal of de dikte van
de gels die worden gebruikt.
10.2 Begrenzen van de stroom
Niet-constante buffersystemen en, in mindere mate, constante systemen verhogen de
weerstand tijdens de run. Als u de instelling voor de stroomlimiet op de Axygen-voedingen
gebruikt, zal de spanning toenemen naarmate de weerstand toeneemt om te voldoen aan
de wet van Ohm (V = IR). Als er geen spanningslimiet is ingesteld en er treedt een lokale fout
op, zoals een slechte verbinding, kan een zeer hoge lokale weerstand ervoor zorgen dat de
spanning oploopt tot het maximale vermogen van de voeding. Dit kan leiden tot plaatselijke
oververhitting en schade aan de elektroforese-cel of tot onveilige omstandigheden. Stel bij
gebruik onder constante stroomomstandigheden een spanningslimiet op de voeding in op
of iets boven de maximaal verwachte spanning.
10.3 Begrenzen van het vermogen (alleen PS250HA)
Vermogen is een functie van spanning en stroom P = IV. Als de spanning wordt verhoogd,
wordt ook het vermogen verhoogd, afhankelijk van het gelsysteem, R moet constant
zijn. Het vermogen wordt gereflecteerd door de warmte die wordt gegenereerd tijdens
een gelrun. De functie voor het begrenzen van het vermogen kan worden gebruikt bij
het uitvoeren van sequentie-gels om het APS uit de putjes te verwijderen en om de gel te
verwarmen tot een optimale temperatuur voor DNA-scheidingen.
12
|
AXYGEN VOEDINGEN
Advertenties
Inhoudsopgave
