[Bekabelingsprocedure]
1. Het frontpaneel van het product afnemen.
∗ Wanneer het frontpaneel opgeheven wordt, de hefboom vasthouden.
2. De voedingskabel doorvoeren met behulp van de kabelbevestiging rechts beneden op het
product, en met het klemmenblok verbinden.
(zie het label op het klemmenblok.)
3. De schroevendraaier in het klemmenblok steken en de veer van de klem openen.
(de kabelisolatie moet aan 10mm afgesneden worden)
4. De kabel insteken en de schroevendraaier verwijderen.
∗ Optie R: aantrekkoppel M5: 2.6Nm
De kabel met een kabelgoot bevestigen zoals getoond op pagina 2-8.
Tijdens de bekabeling alleen het klemmenblok aanraken.
L1
L2 L3 PE
Klemmenblok
5. Voert u geen bekabeling uit voor het ingebruikname, foutensignaal en ingebruikname op
afstand, plaats het frontpaneel dan terug.
[Bekabeling voor het ingebruikname, foutensignaal en ingebruikname op afstand]
Specificaties van kabelsignaal
De volgende kabel voorbereiden.
2
Kabel: 0,5mm
(20AWG), buitendiameter kabel: 17mm of minder, 6 kernen 0,5mm
Ongeveer 0,9m is nodig om de interne bekabeling van het product te leggen.
Lengte signaalkabel
De lengte van de signaalkabel moet kleiner zijn dan 30m.
Klemmenblok (zie "1.1 Naam en functie van delen" voor meer gegevens).
Het kabelsignaal op het klemmenblok aan de rechterkant aansluiten.
[Bekabelingsprocedure]
1. Het frontpaneel van het product afnemen.
2. De signaalkabel van de signaalkabelinlaat rechts beneden op het product uitnemen, op een
stalen plaat aan de achterkant met een kabelbinder etc. verbinden, en op het klemmenblok
aansluiten.
(zie het label op het klemmenblok)
Tijdens de bekabeling alleen het klemmenblok aanraken.
3. De schroevendraaier in het klemmenblok steken en de veer van de klem openen.
Inlaat
schroevendraaier
Kabelinlaat
Gebruikte
schroevendraaier
2-7
3 tot 3.5mm
2. Transport en installatie
2