5 BEDIENING
5
BEDIENING
5.1
Overzicht
Algemene veiligheidsmaatregelen voor het gebruik van de apparatuur vindt u in het
hoofdstuk "Veiligheid". Lees deze goed door voordat u de apparatuur start.
5.2
Aansluitingen en bedieningselementen
1.
Netschakelaar, O/I
2.
Indicatielampje, geel, oververhitting
3.
Indicatielampje, groen, VRD-functie
(gereduceerde open spanning)
4.
Display, stroom (A) en spanning (V)
5.
Knop voor instelling: MMA/TIG Elektrisch
gutsen: Stroom (A) stand Mobile Feed:
Spanning (V)
6.
Knop voor selectie van elektrodetype
7.
Knop voor smoorspoelwerking (MIG/MAG)
en druk lasboog (MMA):
8.
Knop voor lasmethode
5.3
Aansluiting van las- en aardkabels
De stroombron heeft twee uitgangen, een positieve (+) en een negatieve (-) aansluiting voor
het aansluiten van las- en aardkabels. De uitgang voor het aansluiten van de laskabel hangt
af van de lasmethode of het elektrodetype.
0463 362 001
9.
Aansluiting (-): MIG/MAG: Aardkabel TIG:
Lastoorts MMA: Aardkabel of laskabel
10.
Aansluiting (+): MIG/MAG: Laskabel TIG:
Aardkabel MMA: Laskabel of aardkabel
11.
Stroomonderbreker, 10 A, 42 V
12.
Aansluiting van draadaanvoereenheid
13.
Aansluiting van afstandsbediening (optie)
14.
Aansluiting van netspanning
15.
Bout hijsoog
- 14 -
© ESAB AB 2013