nl
Temperatuurindicator
(Niet bij alle modellen)
De temperatuurindicator niet direct aan
de zon blootstellen of in de mond nemen.
De temperatuurindicator geeft
temperaturen onder de +4 °C aan
en dient voor het bepalen van de
noodzakelijke instelling van de
temperatuurregelaar.
Temperatuurregelaar, afhankelijk van de
omgevingstemperatuur, tussen cijfer 2 en
3 instellen. Indien het mogelijk is de
exacte koudegraad in te stellen: op +4 °C
of kouder instellen.
Na ca. 12 uur, als de temperatuur onder
+4 °C is gedaald, verandert de kleur van
de temperatuurindicator van zwart naar
groen en wordt bovendien O.K."
aangegeven. (Indien niet: de
temperatuurkiezer stap voor stap kouder
instellen.)
Correcte instelling
Temperatuur te
hoog.
Temperatuurregelaar
kouder instellen.
52
Uitvoering van
de koelruimte
De legroosters/plateaus in de koelruimte
en de vakken in de deur kunnen
nodig
verplaatst worden:
legrooster/plateau naar voren trekken, iets
laten zakken en zijdelings eruit zwenken
afb. 5. Vakken in de deur iets optillen
en eruit halen afb. 6.
Speciale uitvoering
(niet bij alle modellen)
Varioplateau
Afb. 7
U kunt de voorste helft van het
varioplateau eruit halen. Hierdoor kunt
u op het legplateau eronder bijv. hoge
flessen of kannen zetten.
Flessenhouder
Afb. 8
Met de flessenhouder wordt voorkomen
dat de flessen omvallen bij het openen en
sluiten van de deur.
Lade voor worst en kaas
Afb. 9
Om eruit te halen: lade iets optillen.
De houder kan verschoven worden.
Groenteladen met temperatuur en
vochtregelaar
Afb. 0
Bij het langdurig opslaan van
levensmiddelen:
regelaar naar rechts schuiven,
de beluchtingsopening is open, de
temperatuur wordt kouder.
Bij het opslaan gedurende korte tijd:
regelaar naar links schuiven,
de beluchtingsopening is dicht, de
temperatuur wordt warmer, hoge
luchtvochtigheid.
indien