INSTALLATIEHANDLEIDING
LET OP
Beschadig de ontstekingskabel niet tijdens het aansluiten op
de ontstekingselektrode. Als de kabel op zijn plaats zit, moet
contact met scherpe voorwerpen of randen worden voorkomen.
Vermijd bij kabels langer dan 900 mm contact met metalen
onderdelen omdat dit de vonken nadelig beïnvloedt.
Ontvanger
LET OP
Om de ontvanger vrij te houden van puin, vuil en vocht mag u
de ontvanger niet uit de plastic zak verwijderen tot het einde
van constructie.
LET OP
De antenne (zie pagina 8) mag de ontstekingskabel niet krui-
sen of ermee in contact komen. Hierdoor wordt de ontvanger
onbruikbaar.
Radiofrequentie Handset
Voor alle Mertik Maxitrol elektronica wordt automatisch een code
geselecteerd uit circa 65.000 beschikbare codes. De ontvanger
moet op de handset worden afgestemd (zie handleiding "Syn-
chronisatie Ontvanger/Handset").
Synchronisatie Ontvanger/Handset
(Alleen de eerste keer gebruikt.)
1. Breng batterijen aan of sluit aan op het elektrisch net. De mo-
dule van de circulatieluchtventilator en verlichting / dimmer
omvat een netadapter. In het geval van een netadapter kan
men batterijen gebruiken als back-up.
2. Schakel de ON / OFF schakelaar (indien voorzien) op ON.
3. De ontvanger moet de handsetcode leren:
Houd de reset-toets van de ontvanger (zie afb. 16, pagina 9)
ingedrukt tot u twee (2) pieptonen hoort. Na de tweede, lan-
gere, toon laat u de reset-toets los. Druk binnen de daarop-
volgende 20 seconden op de knop
(2) korte pieptonen bevestigen dat de
code ingesteld is. "
het handset om te bevestigen dat de
synchronisatie wordt uitgevoerd (zie
afb. 13). Aan het einde van de syn-
chronisatie wordt de huidige status
van de gashaard weergegeven op
het handset.
OPM.:
Dit is een eenmalige instelling. Ze is niet vereist na het
aanbrengen van de batterijen in het handset of de ont-
vanger.
OPM.:
Zowel de ontvanger als de handset verzenden en ont-
vangen signalen (bi-directioneel). De handset en ont-
vanger synchroniseren elke 10 seconden statusinfor-
matie gedurende eerst 2 minuten – daarna elke 4 tot
6 minuten tot 1 uur. Als u de handsetknop indrukt acti-
veert u een onmiddellijke synchronisatie.
OPM.:
Als de RF-ontvanger in het apparaat wordt aange-
bracht, kan metaal in de omgeving de ontvangst aan-
zienlijk beperken.
V Module
1. Volg het bedradingsschema (zie afb. 17, pagina 10). Sluit eerst
de ventilator en het licht aan en daarna de voeding. Een LED
geeft aan dat de voeding is ingeschakeld. Gebruik Molex-aan-
sluitingen of sluit de draden aan op de schroefklemmen.
van het handset. Twee
" verschijnt op
Afb. 13: Synchronisatie in proces
myfire Wi-Fi Box
De myfire Wi-Fi Box maakt de communicatie mogelijk met een
thuisnetwerk (Wi-Fi Router) via een draadloos signaal.
1. De myfire Wi-Fi Box moet worden aangesloten op basis van
het myfire schakelschema (zie afb. 20, pagina 13)
2. De myfire Wi-Fi-Box moet worden aangesloten op de ontvan-
ger; sluit de ontvanger aan op het elektrisch net. Na 30 se-
conden schakelt de myfire Wi-Fi Box over op de Access Point
Mode (groen LED knippert). Ga naar "Myfire app instelling" op
pagina 16 om de Wi-Fi Router te configureren.
Gebruik zelftappende M4
schroeven of schroeven met
ronde kop (niet meegeleverd)
Isolerende onderlegringen
Gebruik isolerende ringen om de
myfire Wi-Fi Box te bevestigen om
kortsluiting te voorkomen.
LET OP
▪ Een Symax handset moet worden gebruikt om de volledige
functionaliteit te bereiken.
▪ In het geval van een stroompanne moet u de myfire Wi-Fi
Box ontkoppelen van de ontvanger. Dit zal voorkomen dat
de batterijen van de ontvanger snel leeg raken.
▪ Meerdere gebruikers op hetzelfde Wi-Fi-kanaal kunnen de
gegevensoverdracht verstoren. Druk op de reset-toets op de
Wi-Fi Box (zie afb. 14) gedurende 1 seconde om het huidige
kanaal te wijzigen.
▪ Als de myfire Wi-Fi Box niet aangesloten is op de ontvanger
of als ze niet in gebruik is, verlaat ze de Access Point Mode
(AP Mode) na 24 uur.
▪ Als u meerdere open haarden hebt die een myfire Wi-Fi Box
gebruiken moet de minimum afstand tussen de myfire Wi-Fi
Boxen 60 cm zijn. Een kortere afstand kan de gegevensover-
dracht verstoren.
Minimum vereiste Wi-Fi Router:
▪ Compatibel met IEEE 802.11n/g/b
▪ WPA2-versleuteling
▪ Radiofrequentie: 2,4 GHz band
▪ Draadloos automatisch kanaal: Geautomatiseerde zoekop-
dracht voor WLAN radiokanaal dat vrij is van storingen
▪ Ondersteuning voor het User Datagram Protocol (UDP)
Minimum vereiste smart toestel:
▪ IOS 8.0 of Android 4.4
Reset-toets (gebruik een paperclip om
de toets in te drukken)
Afb. 14: Reset-toets myfire Wi-Fi Box
UITSLUITEND VOOR OEM-GEBRUIK
Afb. 15: LED op myfire Wi-Fi Box
7 / 34