Schrijffout/Uitvoerfout/Communicatiefout (Windows)
Als de statusbalk is uitgeschakeld en niets op het LCD-scherm van de
Controle 1
printer wordt weergegeven, controleert u of de printer is aangesloten en ingeschakeld.
Controleer of de printer goed is aangesloten op de computer.
Controle 2
Als u een USB-kabel gebruikt, moet u controleren of deze goed is aangesloten op de printer en de computer.
Als de USB-kabel goed is aangesloten, controleert u het volgende:
• Als u een doorschakelapparaat zoals een USB-hub gebruikt, koppelt u dit los, sluit u de printer
rechtstreeks aan op de computer en probeert u opnieuw af te drukken. Als het afdrukken normaal wordt
gestart, is er een probleem met het doorschakelapparaat. Neem contact op met de leverancier van het
doorschakelapparaat.
• Er kan ook een probleem met de USB-kabel zijn. Vervang de USB-kabel en probeer nogmaals af te
drukken.
Als u de printer via een LAN gebruikt, controleert u of de printer correct is ingesteld voor gebruik via het
netwerk.
Controleer of MP Drivers correct is geïnstalleerd.
Controle 3
Verwijder MP Drivers aan de hand van de procedure in Onnodige MP Drivers verwijderen en klik hier om het
opnieuw te installeren.
Als de printer met een USB-kabel op de computer is aangesloten,
Controle 4
controleert u de apparaatstatus vanaf de computer.
Volg de onderstaande procedure om de apparaatstatus te controleren.
1. Selecteer Configuratiescherm (Control Panel) > Hardware en geluiden (Hardware
and Sound) > Apparaatbeheer (Device Manager).
Opmerking
• Als het scherm Gebruikersaccountbeheer (User Account Control) wordt weergegeven,
selecteert u Doorgaan (Continue).
2. Open Ondersteuning voor USB-afdrukken (USB Printing Support Properties).
Dubbelklik op USB-controllers (Universal Serial Bus controllers) en op Ondersteuning voor
USB-afdrukken (USB Printing Support).
Opmerking
• Als het scherm Ondersteuning voor USB-afdrukken (USB Printing Support Properties)
niet wordt weergegeven, controleert u of de printer goed op de computer is aangesloten.
Controle 2
3. Klik op het tabblad Algemeen (General) en controleer of er een apparaatprobleem is.
Controleer of de printer goed is aangesloten op de computer.
419