GEBRUIKERSHANDLEIDING
Schaarhefbrug
Tijdens hef- en daalbewegingen moet
de bediener zich in de bedieningszone
(1) bevinden, zoals aangegeven in
Fig.5. De aanwezigheid van personen
in de veiligheidszone (2) is ten
strengste verboden. De aanwezigheid
van personen onder het voertuig is
alleen toegestaan als het voertuig
geparkeerd is in de geheven stand.
GEBRUIK DE HEFBRUG ALLEEN MET
JUIST
WERKENDE
VEILIGHEIDS-
VOORZIENINGEN ALS ER NIET AAN
DEZE REGELS WORDT GEHOUDEN,
KAN DIT
LEIDEN TOT ERNSTIGE
VERWONDINGEN AAN PERSONEN EN
ONHERSTELBARE SCHADE AAN DE
HEFBRUG EN HET VOERTUIG OP DE
HEFBRUG.
ALGEMENE VOORZORG
De bediener is verplicht om de
voorschriften na te leven welke in
het land verplicht zijn waar de
hefbrug wordt geïnstalleerd.
Verder moet de bediener:
Altijd in de afgeschermde ruimte
werken zoals aangegeven in de
handleiding.
Nooit
de
beschermingen
mechanische, elektrische of andere
types van veiligheden verwijderen
of afsluiten.
De veiligheidsvoorschriften op de
hefbrug lezen en kennis nemen van
de veiligheidsinformatie in deze
handleiding.
in de handleiding komen de volgende
risicotermen voor:
GEVAAR: geeft direct dreigend gevaar
aan welke kan leiden tot ernstige
verwondingen of tot de dood.
WAARSCHUWING:
geeft
en/of handelingen aan welke onveilig
zijn en kunnen leiden tot verwondingen
van verschillende aard tot de dood.
Industrieterrein IJsselveld, Vlasakker 11, 3417 XT MONTFOORT, The Netherlands
Tel: +31 348 477000 - Fax: +31 348 475104 - Internet: www.autec.nl - E-mail: info@autec.nl
ASW5009/52,
ASW5009T/52,
ASW5009TWF/52
VOORZICHTIGHEID: geeft situaties
en/of handelingen aan welke onveilig
zijn en kunnen leiden tot lichte
verwondingen aan personen en / of
schade aan de hefbrug, het voertuig of
andere bezittingen.
RISICO
ELEKTRISCHE SCHADE:
Speciale veiligheidsvoorzieningen zijn
op de hefbrug aangebracht, daar waar
het risico erg hoog is.
RISICO'S EN BESCHERMMIDDELEN
De risico's waar de bediener aan wordt
blootgesteld als het voertuig in geheven
positie staat , te samen met de
beschermingsmiddelen welke zijn aan-
gebracht om al de mogelijke gevaren te
beperken.
IN DE LENGTE EN ZIJWAARTSE
BEWEGINGEN.
Met in de lengte bewegingen wordt
bedoeld:
verschuivingen van de last
voertuig). Zijwaartse bewegingen houdt
in: verschuiving naar links of rechts van
het voertuig, speciaal tijdens het heffen.
Deze bewegingen kunnen voorkomen
worden door het voertuig op de
parkeerrem te zetten en/of wielblokken
te gebruiken.
en
WAARSCHUWING
Beweeg het voertuig niet als
deze op de rijbanen staat. Dit
mag alleen met de hefbrug in de
laagste toestand.
Het is zeer belangrijk dat het voertuig
zodanig op de hefbrug geplaatst wordt
dat
er
gewichtsverdeling op de rijbanen rust
Voor de veiligheid van personen en
materiaal zorgt u ervoor dat:
De veiligheidszone wordt geobser-
veerd tijdens het heffen.
situaties
De motor van het voertuig uit is, de
parkeerrem
wielblokken zijn gebruikt.
AUTEC Automotive Equipment
achter-
en
voorwaartse
(het
een
gelijkmatige
aangetrokken
of
UITGAVE 18-01-2016
Alle maten en gewichten in acht zijn
genomen.
RISICO'S TIJDENS HET HEFFEN
VAN EEN VOERTUIG
De volgende veiligheidsvoorzieningen
zijn aangebracht om overgewicht en
schade te voorkomen:
Eindschakelaars begrenzen de hef
en daalbeweging.
Overdrukventielen beschermen de
hefbrug tegen schade door te hoge
oliedruk.
Slangbreukbeveiliging
terugzakken
in
geval
slangbreuk
Thermisch beveiliging sluit in geval
van overbelasting de stroom uit.
RISICO'S VOOR PERSONEN
Deze paragraaf laat de risico's zien
waaraan de bediener of ieder ander
persoon vlakbij de werkruimte van de
hefbrug blootgesteld kan worden in
geval van het onjuist gebruiken van de
hefbrug.
RISICO'S VOOR BEDIENER (Fig.6)
Dit is mogelijk als de bediener niet op
de aangewezen positie bij de bedie-
ningskast staat, als de hefbrug met
voertuig daalt is het de bediener niet
toegestaan om gedeeltelijk of helemaal
onder
het
dalend
objekt
staan.Tijdens dalen en heffen moet de
bediener in de bedieningszone staan.
RISICO'S VOOR PERSONEEL
Als de hefbrug met voertuig daalt, is het
voor personeel verboden om binnen de
ruimte te komen onder de bewegende
(dalende) delen van de hefbrug.(Fig.7)
De bediener mag de hefbrug niet
bedienen voordat hij gezien heeft dat er
geen personen in de gevarenzone zijn.
NL/TA/ ASW5009/52-4
voorkomt
van
te
Fig.6