Montage
Montage
6
Voorwaarden:
6.1
Opstellingsruimte
De ruimte waarin het apparaat wordt geplaatst,
moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
– Gesloten, droge, goed verluchte ruimte
– Geen voor andere doeleinden gebruikte ruimte
zoals verwarmings- of natte ruimte
Omgevingsinvloeden in acht nemen.
Gebruik het toestel niet in een vochtige en
natte omgeving.
WAARSCHUWING
Ontploffingsgevaar door ontbranding
van brandbare materialen
Gebruik het apparaat niet in ruimten
❯
met brandbare mengsels, bijv. in ope-
ratiekamers.
6.2
Opstellingsmogelijkheid
Voor de opstelling van het apparaat is er de vol-
gende mogelijkheid:
– Op een stabiel, goed bereikbaar oppervlak
(bijv. een werkblad).
Denk er bij de opstelling aan:
– Dat het apparaat warm wordt. Houd afstand
tot apparaten die niet warmtebestendig zijn.
– Voor het invoeren van de te sealen verpakkin-
gen voor steriele producten en het uitvoeren
van de gesealde verpakkingen voor steriele
producten moet aan weerszijden minstens een
ruimte ter breedte van de verpakking voorhan-
den zijn.
– Dek de ventilatiespleten niet af.
6.3
Informatie over de elektrische
aansluiting
Het apparaat heeft geen hoofdschakelaar. Plaats
het apparaat zo de het stopcontact goed bereik-
baar is en de verbinding van het apparaat met
het elektriciteitsnet zo nodig kan worden verbro-
ken.
12
|
NL
7
Installatie
7.1
Elektrische aansluiting
1
2
1
Aansluiting elektriciteitsnet
2
Netwerkaansluiting
Controleer, voordat u het apparaat aansluit, of
❯
de netspanning overeenkomt met de op het
typeplaatje vermelde spanning.
Steek de netkabel van het apparaat in de con-
❯
tactdoos.
Stop de netwerkkabel in de netwerkaansluiting
❯
op het apparaat (optioneel bij gebruik van
bijv. van VistaSoft Monitor) en in de contact-
doos van het netwerk.
6024100132L14
2306V006