Het apparaat installeren en instellen > Energiebesparende functie
Slaapstandniveau (Energiebesp.stnd en Snel herstel)
(modellen uitgezonderd voor Europa)
Voor de slaapstand kunt u tussen de twee volgende modi kiezen: Energiebesparende stand en Snel herstel. De
standaardinstelling is energiebesparende stand.
De Energiebesparende stand verlaagt het energieverbruik zelfs nog meer dan de Snel herstel-stand en zorgt ervoor dat
de slaapstand voor elke functie afzonderlijk kan worden ingesteld. De ID-kaart kan niet herkend worden.
Druk op de toets [Spaarstand] op het bedieningspaneel om verder te gaan. Als er tijdens de slaapstand
afdrukgegevens worden ontvangen, ontwaakt het apparaat automatisch en begint het af te drukken.
Raadpleeg voor meer informatie over de regeling van het slaapstandniveau:
Engelse gebruikershandleiding
1
2
3
Uitschakelvoorwaarde (modellen voor Europa)
De uitschakelvoorwaarde wordt gebruikt om de netvoeding te stoppen vanaf automatisch uitschakelen.
De standaard ingestelde tijdsduur is 3 dagen.
Raadpleeg voor meer informatie over de regeling van de uitschakelvoorwaarde:
Engelse gebruikershandleiding
Roep het scherm op.
[Systeemmenu/Tellers]-toets > [▲] []-toets > [Algemene instell] > [OK]-toets > [▲] []-
toets > [Timerinstelling] > [OK]-toets > [▲] []-toets > [Slaapstandniveau] > [OK]-toets
Selecteer het slaapstandniveau.
[▲] []-toets > [Snel herstel] of [Energiebesp.stnd] > [OK]-toets
Als [Energiebesp.stnd] is ingesteld, stel dan vervolgens in om de energiebesparende stand
al dan niet voor elke functie te gebruiken.
Stel de slaapstandregel in.
1
Selecteer de functie die u wilt instellen en druk op de toets [OK].
[Kaartlezer] verschijnt als de optionele Card Authentication Kit geactiveerd is.
2
[▲] []-toets > [Uit] of [Aan] > [OK]-toets
Herhaal de stappen 3-1 t/m 3-2 om voor een andere functie in te stellen.
2-22