Hoofdstuk 5: Met de camper de weg op
Wanneer je alles hebt gecontroleerd kan de reis
veilig beginnen. Rij de eerste 10 km altijd met
weinig toeren om de motor en de draaiende
onderdelen warm te laten worden.
Rij rustig en niet te snel. De motor krijgt het
meest te verduren als er hard mee wordt
opgetrokken of als er wordt gereden op steile
hellingen. Houdt een maximum snelheid aan van
90 á 100 km per uur. Dit is ook gunstiger in het
dieselverbruik.
Rij met name rustig door de bochten. Wees erop
bedacht dat campers een hoger gewicht en een
hoger zwaartepunt hebben dan een auto. Houdt
tevens rekening met een langere remweg.
Afmetingen van de camper altijd goed in de
gaten houden:
Campers zijn veel hoger dan een auto.
Let daarom op de doorrijhoogte bij bruggen en
tunnels. Ook overhangende takken, bomen en
struiken kunnen een hindernis zijn. Dus blijf
hierbij uit de buurt.
De camper is gevoeliger voor zijwind vanwege
zijn hoogte. Denk hieraan bij het inhalen.
De camper is breder dan een auto. Denk hieraan
als je smalle wegen of passages inrijdt.
Tevens is het erg belangrijk om je te realiseren
dat de camper een flink stuk achter de
achterwielen eindigt. De bumper kan
gemakkelijk het wegdek raken als je hobbels te
snel neemt of als je haast hebt bij het op- en
afrijden van een veerboot.
Ook bij bochten zwaait de achterkant van de
camper uit. Rijd je naar links, dan zwaait de
achterzijde naar rechts.
Voorkom een slippende koppeling bij steile
hellingen of bij het levellen van de camper.
De koppelingsplaten van de camper gaan anders
snel gebreken vertonen.
Tot slot: Als bestuurder heb je nooit volledig zicht op wat er zich achter de camper
afspeelt. De meeste schades die voorkomen zijn kapotte/gescheurde achter-
bumpers. Dus parkeer altijd samen met een bijrijder in- en uit en verricht samen alle
andere bijzondere verrichtingen.
9
2,95 meter hoog
2,35 meter breed
7,41 meter lang
TenDrent