Dixell
Dixell
Koeling:
Compressor
instelpunt+differentieel (Hy). Compressor stopt bij
instelpunt.
Verwarming: Verwarming start bij instelpunt-
differentieel (Hy). Verwarming stopt bij het bereiken
van het instelpunt.
Ot Thermostat probe calibration: (-12.0÷12.0°C);
laat toe om de uitlezing van het toestel te calibreren.
AC Anti-short cycle delay: (0÷50 min) geeft de
minimum tijd aan dat de compressor stil moet liggen
vooraleer
hij
terug
(pendelbescherming).
CH Type of action: CL = koeling; Ht = verwarming.
RESOLUTIE
rES Resolution (for °C): (in = 1°C; dE = 0.1 °C) laat toe
om het decImaal punt aan of uit te zetten.
ONTDOOIING
IdF Interval between defrost cycles: (1÷120h) Bepaalt
de het tijdsinterval tussen twee ontdooicyclussen
indien CH=CL.
MdF Length for defrost: (0÷255min) Bepaalt de duur
van de ontdooicyclus.
ALARMEN
ALU MAXIMUM temperature alarm: (ALL÷150°C)
bovenste alarmgrens voor temperatuur, wanneer
deze temperatuur bereikt wordt zal, na de
tijdsvertraging uit parameter "Ald", het alarm
geactiveerd worden.
ALL Minimum temperature alarm: (-50.0 °C ÷ ALU);
onderste alarmgrens voor temperatuur, wanneer deze
temperatuur bereikt wordt zal, na de tijdsvertraging uit
de parameter "Ald", het alarm geactiveerd worden.
AUX RELAIS EN DIGITALE INGANG
i1P Digital input polarity: Polariteit van de digitale
ingang : oP: digitale ingang wordt geactiveerd door
het contact te openen; CL: digitale ingang wordt
geactiveerd door het contact te sluiten.
i1F Digital input configuration: configuratie van de
digitale ingang :
EAL = extern alarm: "EA" boodschap wordt
afgebeeld; bAL = serious alarm: "CA" wordt
afgebeeld en de compressor wordt uitgezet; dEF =
starten van een ontdooicyclus; AUS = mag niet
gebruikt worden
did
Digital
input
alarm
delay:
Tijdsvertraging tussen het tijdstip van het alarm en het
signaleren van het alarm (i1F= EAL or i1F = bAL).
ANDERE
PbC Type of probe: (Ptc=PTC sonde; ntc=NTC sonde).
Keuze van het type sonde.
6. INSTALLATIE EN MONTAGE
De XR20C is bestemd voor paneelmontage en kan in een
opening van 29x71mm gemonteerd worden d.m.v. de
meegeleverde bevestigingsbeugels.
De ambiente temperatuur moet voor een correcte
werking tussen 0 en 60°C liggen. Vermijd plaatsen waar
het toestel onderhevig is aan sterke vibraties, corrosieve
gassen of hoge vochtigheid. Laat lucht circuleren rond de
koelroosters.
7. ELECTRISCHE AANSLUITINGEN
De
toestellen
worden
geleverd
schroefklemmenblok voor kabels tot 2,5 mm
u de kabels aansluit dient u na te gaan of de
voedingsspanning correct is. Het is heel belangrijk voor
de
goede
werking
van
het
ingangssignalen (sondes, digitale ingangen) strikt
gescheiden worden van stroomvoerende kabels, relais en
voedingen. De draden van de sondes en digitale
ingangen
MOETEN
op
min.
stroomvoerende geleiders gemonteerd worden. Kan dit
niet, dan dient afgeschermde kabel gebruikt te worden
(afscherming aan één kant geaard). Respecteer de max.
toegelaten stromen door de relais van de toestellen, bij
zwaardere belastingen dient een extern relais gebruikt te
worden.
XR20C
Installing and Operating Instructions
start
bij
7.1 AANSLUITING SONDES
De PTC sondes moeten met de kop omhoog gemonteerd
worden om het binnendringen van vocht in de sondes te
vermijden.
ruimtetemperatuur sonde niet in de luchtstroom van de
verdamper te plaatsen zodat een correct beeld van de
gemiddelde ruimtetemperatuur verkregen wordt.
8. ALARM SIGNALEN
Bericht
"EE"
kan
opstarten.
"P1"
"HA"
"LA"
"EA" *
"CA" *
8.1 ALARM "EE"
Het toestel is uitgerust met een interne zelftestfunctie die
regelmatig het geheugen controleert. Indien een fout
gevonden wordt knippert de boodschap "EE" op het
display. In dit geval belt u best de leverancier.
8.2 ALARM RECOVERY
Het sonde alarm "P1" start enkele seconden na het
ontdekken van de fout in de sonde; ze verdwijnen
automatisch enkele seconden nadat de sonde terug
normaal werkt. Controleer de verbindingen alvorens de
sonde te vervangen.
De max. en min. alarmen "HA" en "LA" verdwijnen
automatisch als de proceswaarde terug normaal is.
9. TECHNISCHE GEGEVENS
Behuizing: zelfdovend ABS; front 32x74 mm; diepte
60mm;
Montage: paneelmontage in een 71x29 mm uitsnijding
Beschermingsklasse front: IP65
Verbindingen: schroefklemmenblok voor draden ≤ 2,5
mm
.
2
Voeding: 12Vac/dc, ±10%
(0÷255
min)
(optie 230, 110, ± 10%, 50/60Hz)
Opgenomen vermogen: 3VA max.
Display: 3 digits, rode LED, 14,2 mm hoog.
Ingangen: 1 PTC of NTC sonde
Relais uitgangen
Compressor :SPST relais 8(3) A, 250Vac of
Gegevensopslag: niet vluchtig geheugen (EEPROM).
Werkingstemperatuur : 0÷60 °C.
Opslagtemperatuur: -30÷85 °C.
Relatieve vochtigheid: 20÷85% (no condensing)
Meet- en regelbereik:
PTC sonde: -50÷150°C
NTC sonde: -40÷110°C
Resolutie: 0,1 °C of 1°C (instelbaar).
Nauwkeurigheid (bij 25°C): ±0,7 °C ±1 digit
met
een
10. SCHAKELSCHEMA'S
. Vooraleer
2
10.1 MODELLEN ZONDER DIGITALE INGANG
toestel
dat
alle
10.1.1 XR20C: 12Vac/dc; COMPRESS. 8A
10cm
van
alle
Het
wordt
aangeraden
Oorzaak
Uitgangen
Gegevens of geheugenfout
Sonde defect
Alarm uitgang AAN;
compressorrelais
volgens de parameters
"COn" en "COF"
Maximum
onveranderd.
temperatuur alarm
Minimum
Onveranderd
temperatuur alarm
Extern alarm
Onveranderd
Serieus extern
Compressor UIT.
alarm
SPST relais 20(8)A; 250Vac
XR30C
10.1.2 XR20C: 12Vac/dc; COMPRESS. 20A
om
de
10.1.3 XR20C: 230Vac; COMPRESS. 8A
10.1.4 XR20C: 230Vac; COMPRESS. 20A
10.2 MODELLEN MET DIGITALE INGANG
10.2.1 XR20C: 12Vac/dc; COMPRESS. 8A
10.2.2 XR20C: 12Vac/dc; COMPRESS. 20A
10.2.3 XR20C: 230Vac; COMPRESS. 8A
10.2.4 XR20C: 230Vac; COMPRESS. 20A
Cod 1592007020
Cod 1592007020
2/3