Installatie- en gebruikershandleiding
10
Batterijpakketten
UNICOM 300 wordt gevoed door één of twee lithium batterijpakketten (zie figuur 4). UNICOM 300 is
voorzien van twee voedingsaansluitingen: CON1 en CON2 (zie figuur 3). Op beide connectoren kan een
batterijpakket worden aangesloten. UNICOM 300 detecteert automatisch de aanwezigheid van 1 of 2
batterijpakketten om de nominale batterijcapaciteit te berekenen.
10.1
Batterij levensduur
Op het batterijpakket staat het productiejaar vermeld. De levensduur is in onderstaande tabel gespecificeerd
(tabel 8). Neem contact op met Wigersma & Sikkema voor andere gebruiksprofielen dan in de tabel is
aangegeven.
Gebruiksprofiel
1 uur aangemeld op netwerk en 1 minuut communicatie per dag
½ uur aangemeld op netwerk en 1 minuut communicatie per dag
FTP dagelijks (1x24h), logger 60 min., 30 min. Servicevenster per week
10.2
Vervangen van de batterijen
Lees eerst Explosieveiligheidsinstructies (Ex) (hoofdstuk 2).
Batterijpakketten (artikelnummer NN2709, NN2710 of NN2711) dienen binnen de aanbevolen termijn, zie
tabel 8, vervangen te worden. Bij toepassing van 2 batterijpakketten moeten beide batterijpakketten altijd
van hetzelfde artikel zijn. Een combinatie van b.v. NN2709 en NN2710 is niet toegestaan.
DE BATTERIJEN NIET VERVANGEN INDIEN EEN EXPLOSIEVE ATMOSFEER AANWEZIG IS.
Handelingen bij uitvoering met één
batterijpakket :
1
Open de UNICOM 300 (zie figuur 1)
2
Laat het te vervangen batterijpakket verbonden
met UNICOM 300.
3
Plaats een nieuw batterijpakket met het label
zichtbaar naar boven gericht.
4
Verbind de connector van het batterijpakket met
een vrije batterijaansluiting (CON1 of CON2).
5
Neem de connector van het oude batterijpakket
los en neem deze uit de behuizing.
6
Na het vervangen van de/het batterijpakket(ten)
moet de batterijverbruik teller worden gereset.
Druk hiertoe gedurende minimaal 4 seconden
op schakelaar SW3. Deze handeling mag
worden uitgevoerd ongeacht de toestand waarin
UNICOM 300 zich bevindt.
7
Sluit UNICOM 300.
Let er bij het sluiten van de deksel op
dat er geen kabels geklemd zitten
tussen huis en deksel van de UNICOM 300.
8
Verzegel zo nodig de behuizing zoals
aangegeven in hoofdstuk 3.
Tabel 8: levensduur batterijpakket(ten)
Tabel 9: handelingen bij vervangen batterijpakket(ten)
DDN5000GHNL/10-2022/Rev.B3
1 batterij
pakket
> 4 jaar
> 6 jaar
> 10 jaar
Handelingen bij uitvoering met twee
batterijpakketten:
Open de UNICOM 300 (zie figuur 1)
Maak de connector van één van de twee
batterijpakketten los (CON1 of CON2) en neem
het batterijpakket uit UNICOM 300.
Plaats een nieuw batterijpakket met het label
zichtbaar naar boven gericht.
Verbind de connector van het batterijpakket met
een vrije batterijaansluiting (CON1 of CON2).
Vervang daarna het tweede batterijpakket op
gelijke wijze (stap 1 t/m 3).
Na het vervangen van de/het batterijpakket(ten)
moet de batterijverbruik teller worden gereset.
Druk hiertoe gedurende minimaal 4 seconden op
schakelaar SW3. Deze handeling mag worden
uitgevoerd ongeacht de toestand waarin UNICOM
300 zich bevindt.
Sluit UNICOM 300.
Let er bij het sluiten van de deksel op
dat er geen kabels geklemd zitten
tussen huis en deksel van de UNICOM 300.
Verzegel zo nodig de behuizing zoals
aangegeven in hoofdstuk 3.
UNICOM 300 N511
2 batterij
pakketten
> 8 jaar
> 10 jaar
15 jaar
17