WAARSCHUWING: hogedrukslangen, verbindingen en koppelingen zijn
belangrijk voor de veiligheid van het toestel. Gebruik enkel slangen,
verbindingen en koppelingen die door de fabrikant worden aangeraden.
WAARSCHUWING: te dunne verlengkabels kunnen gevaarlijk zijn. Kabels
op een haspel moeten altijd volledig afgerold worden om te voorkomen dat
de kabel oververhit.
Wanneer een verlengkabel gebruikt wordt, moeten de stekker en contrastekker
waterbestendig zijn en qua lengte en sectie voldoen aan de hieronder vermelde vereisten.
1,0 mm² max. 12,5 m
1,5 mm² max. 20 m
Wanneer de kabel beschadigd is, moet hij onmiddellijk door de fabrikant, zijn service
center of door een gelijkwaardig gekwalificeerd persoon worden vervangen om ongevallen
te voorkomen.
6.1
Aansluiting op het net
Bij het aansluiten van de hogedrukreiniger op het elektriciteitsnet moet rekening gehouden
worden met het volgende:
de elektrische aansluiting moet door een erkende elektricien geplaatst zijn en voldoen aan
IEC 60364-1.
Het wordt aanbevolen dat de elektriciteitsvoorziening voor dit apparaat een
aardlekschakelaar bevat die de spanning onderbreekt wanneer de lekstroom naar de
aarde gedurende 30 ms groter is dan 30 mA.
6.2
Wateraansluiting
Voer de aansluiting op het openbare waternet uit volgens de wetgeving.
De inlaatslang kan worden aangesloten op een waternet met een maximale inlaatdruk van
10 bar.
Deze hogedrukreiniger mag in Europa enkel worden aangesloten op het
drinkwaternet wanneer er een geschikte terugslagklep geïnstalleerd werd van
het type BA volgens EN 1717. De lengte van de slang tussen de terugslagklep
en de hogedrukreiniger moet minstens 10 m bedragen om mogelijke drukpieken
op te vangen (min. diameter ½ inch).
Het gebruik door zelfaanzuiging (bijvoorbeeld uit een regenwatervat) wordt uitgevoerd
zonder terugslagklep.
Zodra het water door de BA-klep is gestroomd, wordt het water niet meer als drinkwater
beschouwd.
BELANGRIJK! Gebruik enkel water zonder enige onzuiverheden. Wanneer
het gevaar bestaat dat er zich in het inlaatwater zanddeeltjes bevinden (bv.
bij water uit uw eigen waterput), moet een bijkomend filter gemonteerd
worden.
6.3
Veiligheidsvoorzieningen
De aflaatklep kan de druk verlagen wanneer deze een vooraf ingestelde waarde overstijgt.
De trekkervergrendeling op het pistool (12): de trekker (11) van het pistool bevat een
vergrendeling (12). Wanneer de knop ingeschakeld staat, kan de trekker (11) van het
pistool niet geactiveerd worden.
Een thermische sensor beschermt de motor tegen overbelasting. Het toestel zal na een
aantal minuten herstarten wanneer de thermische sensor is afgekoeld.
Copyright © 2014 VARO
POWXG9025
P a g e
www.varo.com
| 7
NL