Gebruik
Ingebruikname
Oplaadapparaat op het elektriciteitsnet aansluiten
(zie afbeelding A)
Let op de netspanning! De spanning van de stroombron
u
moet overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje
van het oplaadapparaat. Met 230 V aangeduide oplaad-
apparaten kunnen ook met 220 V gebruikt worden.
Steek de apparaatstekker (3) van het netsnoer in de appa-
raataansluiting (2) op het oplaadapparaat.
Sluit het netsnoer (verschilt per land) op het elektriciteitsnet
aan.
Weggenomen eBike-accu opladen (zie afbeeldingen B−F)
Schakel de eBike-accu uit en neem deze uit de houder op de
eBike. Lees hiervoor de gebruiksaanwijzing van de eBike-ac-
cu en neem deze in acht.
Zet de eBike-accu alleen op een schone ondergrond
u
neer. Vermijd vooral het vervuilen van de oplaadbus en
van de contacten, bijv. door zand of aarde.
Steek de oplaadstekker (5) van het oplaadapparaat in de op-
laadbus (6) op de eBike-accu.
eBike-accu op de eBike opladen (zie afbeeldingen G–I)
Schakel de eBike-accu uit. Reinig de afdekking van de op-
laadbus (14). Vermijd vooral het vervuilen van de oplaadbus
en van de contacten, bijv. door zand of aarde. Til de afdek-
king van de oplaadbus (14) op en steek de oplaadstekker
(5) in de oplaadbus (6).
Door verwarming van het oplaadapparaat bij het opla-
u
den bestaat brandgevaar. Laad de eBike-accu's op de
eBike alleen in droge toestand en op een brandveilige
plaats. Als dit niet mogelijk is, neem dan de eBike-accu
uit de houder en laad deze op een geschiktere plaats.
Lees hiervoor de gebruiksaanwijzing van de eBike-accu
en neem deze in acht.
Fouten – oorzaken en verhelpen
Oorzaak
eBike-accu defect
eBike-accu te warm of te koud
Bosch eBike Systems
Laadprocedure
Het laden begint, zodra het oplaadapparaat met de eBike-ac-
cu of de oplaadbus op de eBike en het elektriciteitsnet ver-
bonden is.
Aanwijzing: Het laden is alleen mogelijk, wanneer de tempe-
ratuur van de eBike-accu zich in het toegestane laadtempe-
ratuurbereik bevindt.
Aanwijzing: Tijdens het laden wordt de aandrijfeenheid ge-
deactiveerd.
Het laden van de eBike-accu is met en zonder boordcompu-
ter mogelijk. Zonder boordcomputer kan het laden alleen op
de oplaadaanduiding (7) en eventueel op de bedieningseen-
heid gecontroleerd worden.
Bij een aangesloten boordcomputer verschijnt een dienover-
eenkomstige melding op het display.
De laadtoestand wordt met de oplaadaanduiding (7) op de
eBike-accu, op de bedieningseenheid en eventueel op de
boordcomputer weergegeven.
Tijdens het laden branden de LED's van de oplaadaanduiding
(7) op de eBike-accu. Elke permanent brandende LED komt
overeen met ongeveer 20 % capaciteit oplading. De knippe-
rende LED geeft het opladen van de volgende 20 % aan.
Is de eBike-accu volledig geladen, dan gaan de LED's onmid-
dellijk uit en de boordcomputer wordt uitgeschakeld. Het la-
den wordt beëindigd. Door op de aan/uit-toets (8) op de
eBike-accu te drukken kan de laadtoestand gedurende 5 se-
conden weergegeven worden.
Koppel het oplaadapparaat los van het elektriciteitsnet en de
eBike-accu van het oplaadapparaat.
Als de accu van het oplaadapparaat wordt losgekoppeld, dan
wordt de eBike-accu automatisch uitgeschakeld.
Aanwijzing: Wanneer u op de eBike heeft opgeladen, sluit
dan na het laden de oplaadbus (6) zorgvuldig met de afdek-
king (14), zodat er geen vuil of water kan binnendringen.
Als het oplaadapparaat na het laden niet van de eBike-accu
losgekoppeld wordt, dan schakelt het oplaadapparaat na
een paar uur opnieuw in, controleert de laadtoestand van de
eBike-accu en begint eventueel opnieuw met opladen.
Verhelpen
Twee LED's op de eBike-accu knipperen.
Neem contact op met een erkende rijwielhandelaar.
Drie LED's op de eBike-accu knipperen.
Koppel de eBike-accu los van het oplaadapparaat tot het laad-
temperatuurbereik bereikt is.
Sluit de eBike-accu pas weer op het oplaadapparaat aan, wan-
neer deze de toegestane oplaadtemperatuur heeft bereikt.
Nederlands – 3
0 275 007 3CX | (27.02.2023)