12. Bediening van het weerstation
a) Indicatie van de buitentemperatuur of het dauwpunt
• Druk kort op de toets "SET", de buitentemperatuur knippert.
• Met de toets "+" of "MIN/MAX" kunt u kiezen uit:
"TEMP"
"DEW POINT"
Het dauwpunt is de temperatuur waarbij condensvorming op een voorwerp begint.
• Druk kort op de toets "SET" om naar de keuze voor de luchtdrukweergave te gaan (zie
hoofdstuk 12 b).
Om het keuzemenu te verlaten, drukt u kort op de toets "SNOOZE/ LIGHT" op de bovenkant
van het weerstation (u kunt ook 10 seconden wachten zonder een toets in te drukken).
b) Weergave van de relatieve/absolute luchtdruk
• Druk kort op de toets "SET", de buitentemperatuur knippert (zie hoofdstuk 12 a).
• Druk nogmaals op de toets "SET", de luchtdruk knippert.
• Met de toets "+" of "MIN/MAX" kunt u kiezen uit:
"rel"
"abs"
De absolute luchtdruk is de daadwerkelijk gemeten luchtdruk. Deze is afhankelijk van
de hoogte boven de zeespiegel van uw locatie.
De relatieve luchtdruk wordt omgerekend naar zeeniveau om vergelijkbare waarden
te krijgen. De gegevens die bv. via internet krijgt wordt altijd in deze vorm
aangegeven.
Om de correcte gegevens weer te geven, kan de relatieve luchtdruk in de instelmodus
gecorrigeerd worden (zie hoofdstuk 12 c).
• Om het keuzemenu te verlaten, drukt u kort op de toets "SNOOZE/ LIGHT" op de bovenkant
van het weerstation of de toets "SET" (u kunt ook 10 seconden wachten zonder een toets in
te drukken).
14
Buitentemperatuur
Dauwpunt
Relatieve luchtdruk
Absolute luchtdruk