Bediening van het apparaat
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor verschillende
apparaatvarianten. Het is mogelijk dat er kenmerken worden
beschreven die niet van toepassing zijn op uw apparaat.
Aanwijzing: Schakel de afzuigkap in zodra u begint met koken
en schakel hem pas enkele minuten na het koken weer uit. Zo
wordt de keukendamp het effectiefst verwijderd.
Bedieningspaneel
Toelichting
Verlichting inschakelen
=
Ventilator uitschakelen
F
1
Ventilatorstand 1 inschakelen
2
Ventilatorstand 2 inschakelen
3
Ventilatorstand 3 inschakelen
Intensiefstand inschakelen
&
Interval-ventilatie inschakelen
J
Ventilatornaloop inschakelen
x
Ventilator instellen
Aanwijzing: Pas de ventilatorstand altijd aan de actuele
omstandigheden aan. Kies bij een sterke dampvorming ook
een hoge ventilatorstand.
Inschakelen
Toets 1 indrukken.
1.
De ventilator start op stand 1.
Toets 1, 2, 3 of
indrukken, om een andere ventilatorstand in
&
2.
te stellen.
De toets
F
en de toets van de ingestelde ventilatorstand zijn
verlicht.
Uitschakelen
Toets
F
indrukken.
Intensief-stand
Bij sterke geur- en dampvorming kunt u de intensief-stand
gebruiken.
Toets
&
indrukken.
1.
De toets
is verlicht en de toets
F
intensiefstand is geactiveerd.
Toets
&
of toets
F
indrukken.
2.
De intensiefstand is gedeactiveerd.
Aanwijzing: De looptijd van de intensiefstand bedraagt
6 minuten.Na afloop hiervan schakelt het apparaat terug naar
de eerder ingestelde ventilatiestand.
6
knippert.De
&
Interval-ventilatie
Bij de interval-ventilatie schakelt de ventilatie automatisch
steeds tien minuten per uur in. Na 24 uur schakelt het apparaat
uit.
Aanwijzing: Als de intensiefstand of de ventilatornaloop
geactiveerd is, is de interval-ventilatie niet beschikbaar.
Toets
indrukken.
J
1.
De toetsen
F
en
J
zijn verlicht. De interval-ventilatie is
ingeschakeld. De ventilator start op stand 1.
Toets
of
indrukken.
J
F
2.
De interval-ventilatie is uitgeschakeld.
Naloop ventilator
Aanwijzing: Als de intensiefstand of de ventilatornaloop
geactiveerd is, is de interval-ventilatie niet beschikbaar.
Ventilatorstand kiezen.
1.
Toets
indrukken.
+
2.
De toetsen
en
zijn verlicht. De ventilator loopt
F
+
15 minuten na in de ingestelde ventilatorstand en schakelt na
afloop van deze tijd automatisch uit. Is de verlichting
ingeschakeld, dan wordt deze ook na afloop van de
nalooptijd uitgeschakeld.
Toets
of
indrukken.
+
F
3.
De ventilatornaloop wordt voor het einde van de resterende
nalooptijd beëindigd.
Verlichting
U kunt de verlichting onafhankelijk van de ventilatie in- en
uitschakelen.
Toets
indrukken.
=
De toets
is verlicht.
=
Helderheid instellen
Toets
2 seconden ingedrukt houden.
=
1.
De helderheid neemt af.
Toets
indrukken.
=
2.
De maximale helderheid wordt weer ingesteld.
Verzadigingsindicatie
Bij verzadiging van de metalen vetfilters of de actief koolfilters
knippert het betreffende symbool:
Metalen vetfilter: 2
■
Actief koolfilter: 3
■
Uiterlijk op dit moment dienen de metalen vetfilters
schoongemaakt en/of de actief koolfilters vervangen te worden,
zie het hoofdstuk Reinigen en onderhoud.
Verzadigingsindicaties terugzetten
Motor en verlichting uitschakelen.
1.
Toets
ingedrukt houden.
J
2.
De toets
F
knippert drie keer. De verzadigingsindicatie voor
de metalen vetfilter en voor de actief koolfilter is teruggezet.
Display omschakelen naar gebruik met circulatielucht
Voor gebruik met circulatielucht moet het display van de
elektronische regeling worden omgeschakeld:
Controleren of de afzuigkap aangesloten en uitgeschakeld is.
1.
Toets
&
ingedrukt houden tot de toets
2.
De elektronische regeling is omgeschakeld op circulatielucht.
F
twee keer knippert.