Download Print deze pagina

Advertenties

SNEL BEGINNEN

1. Sluit de luidsprekers aan op de Speaker A-aansluitingen (Luidspreker
A) en de voorverversterker aan de ingangen "FIXED IN" (vast).
2. Sluit het netsnoer aan.
3. Druk op de aan/uit-toets [Power] om de NAD C 272 in te schakelen.
4. Druk op de gewenste ingangskeuzetoets.
AANTEKENINGEN BIJ DE INSTALLATIE
De NAD C 272 dient op een stevig, effen oppervlak te worden
geplaatst. Zet de unit niet in direct zonlicht of in de buurt van hitte- of
dampbronnen. Zorg voor een goede ventilatie. Plaats de unit niet op
een zacht oppervlak, zoals bijv. tapijt. Plaats de unit niet in een
boekenkast, een kast of andere omsloten locatie, waar de ventilatie kan
worden belemmerd. De unit moet zijn uitgeschakeld, voordat er
verbindingen worden gemaakt.
De RCA-aansluitingen op de NAD C 272 zijn kleurgecodeerd om het
aansluiten te vergemakkelijken. Rood en wit zijn respectievelijk audio-
rechts en audio-links. Gebruik kabels en contactdozen van hoge
kwaliteit voor een optimale prestatie en betrouwbare werking. De
kabels en aansluitpunten mogen niet zijn beschadigd en alle connectors
moeten stevig op hun plaats worden aangebracht.
Voor de beste resultaten, dient u luidsprekerkabels van AWG-waarde 16
(1,5 mm) of hoger te gebruiken. Indien de unit langere tijd niet gebruikt
zal worden, trek de stekker dan uit de contactdoos.
Indien er vocht in de NAD C 272 terechtkomt, schakel de unit dan uit
en trek de stekker uit de contactdoos. Laat de unit door een erkende
monteur controleren, alvorens deze weer te gebruiken. Het dekpaneel
niet van het apparaat verwijderen, daar er geen onderdelen zijn
die door de gebruiker kunnen worden onderhouden of hersteld.
Reinig de unit met een droge, zachte doek. Bevochtig de doek, indien
nodig, met een sopje. Gebruik geen oplossingen die benzeen of andere
vluchtige middelen bevatten.
AANSLUITINGEN ACHTERPANEEL (AFB. 1)
1. FIXED IN [VAST]
De ingangen "Fixed In" (vast) leiden het ingangssignaal rechtstreeks
naar de circuits van de eindversterker. Dit stel ingangen wordt
gewoonlijk gebruikt op een installatie die slechts met één of meerdere
eindversterkers met hetzelfde vermogen is uitgerust. Voor nadere
informatie, gelieve in dit hoofstuk ook de rubriek "Variable In" te lezen.
Sluit de uitgang van de voorversterker of een processor, zoals bijv. een
surround-sound decodeerunit, aan op deze ingangen. Gebruik een
dubbele RCA-naar-RCA-kabel om de linker- en rechter-Audio-Output'
(uitgang) van de voorversterker of processor op de aansluitingen "Fixed-
In" (vast) aan te sluiten.
N.B.
Schakel de C 272 en andere componenten van de installatie uit
alvorens een apparaat aan- of af te sluiten aan/van de aansluitingen
"Fixed In" of "Variable In".
Wanneer u de aansluitingen "Fixed In" gebruikt, dient u zeker te stellen
dat de ingangskeuzetoets "Input Select" (Ingangskeuze) (Nr.2) zich in
de "Fix"-stand bevindt.
2. INPUT SELECT (INGANGSKEUZE)
De ingangskeuzetoets "Input Select" bepaalt welke ingang er op de C
272 wordt geactiveerd. Stel de toets in op "FIX" voor gebruik met
"Fixed In" (vast) en op "VAR" voor gebruik met "Variable In". Voor
nadere informatie, gelieve in dit hoofdstuk ook de rubriek "Variable In"
te lezen.
4
3. VARIABLE IN (VARIABEL IN)
Met behulp van de ingangen "Variable In" kunt u de geluidssterkte van
beide kanalen tegelijkertijd instellen, door middel van het
bedieningselement "Input Level" (Ingangsniveau) (Nr. 4). Dit is handig
om :
• Geluidssterkten op elkaar in te stellen
In een surround-sound of een installatie die is uitgerust met meer
dan één stel luidsprekers, kunnen de geluidssterkten verschillen door
verschillen in efficiëntie tussen deze luidsprekers. Indien de kanalen
van uw voorversterker of processor individueel kunnen worden
ingesteld, stel deze dan in op neutraal of op het midden (normaal
aangeduid als 0dB). Stel de geluidssterkte zo in dat de luidsprekers
die door de C 272 worden aangedreven dezelfde geluidssterkte
hebben t.o.v. de andere luidsprekers, en dit bepaalt u vanuit uw
luisterpositie.
• Vergroot geluidssterktebereik
Op vele installaties wordt de spanning zoveel versterkt dat de
luidsprekers (of uw gehoor) overdadig worden belast wanneer de
geluidssterkte hoger wordt ingesteld dan de 11 uur- of 12 uur-stand.
Dit heeft als gevolg dat u gedwongen bent slechts het onderste
gedeelte van het geluidssterktebereik te gebruiken, dat
onnauwkeurige instellingen biedt en waar er zich vaak grotere
fouten
in
kanaalevenwicht
ingangsgeluidssterkte vermindert, kan u de geluidssterkte van uw
voorversterker of van uw processor hoger instellen, waardoor u een
doeltreffender gebruik maakt van zijn bereik. (Suggestie : stel de
ingangsgeluidssterkte zo in dat uw instelknop zich op uw verkozen
maximum geluidssterkte, d.w.z. ongeveer op een stand van 2 of 3
uur, is ingesteld. Dit biedt bovendien het voordeel dat deze
procedure al het geluid van de hogere-geluidssterkte-circuits van de
voorversterker onderdrukt (bijv. zoemend of fluitend geluid dat niet
verdwijnt wanneer u de geluidssterkte lager instelt).
• Bi-Amping (Gebruik van afzonderlijke versterkers voor LF en HF)
Sommige luidsprekers hebben afzonderlijke aansluitingen voor de
LF- (Lage Frequentie) en HF- (Hoge Frequentie) delen van de
luidspreker. Dit maakt het mogelijk twee versterkers aan deze
luidsprekers aan te sluiten ["Bi-Amping"], en dit wil zeggen dat er
een afzonderlijke eindversterker wordt gebruikt voor het LF- en het
HF-deel. Dit procédé kan de algemene klank verbeteren. Wanneer u
afzonderlijke eindversterkers (Bi-Amping) van een verschillend type
gebruikt, is het mogelijk dat één eindversterker meer 'versterking
biedt' dan de andere. Dit heeft als gevolg dat de geluidssterkte van
de woofer en de tweeter van de luidspreker niet in evenwicht is. Stel
de geluidssterkte zo in dat de woofer en de tweeter perfect in
evenwicht staan met elkaar (gelijke versterking van eindversterkers).
Sluit de uitgang van een voorversterker of processor, zoals bijv. een
surround-sound decodeerunit, aan op dit stel ingangen. Gebruik een
dubbele RCA-naar-RCA-kabel om de linker- en rechter-Audio-Uitgang
(Output) van de voorversterker of processor op de aansluitingen Fixed-
In (vast) aan te sluiten.
N.B.
• Schakel de C 272 en andere componenten van de installatie steeds
uit alvorens iets aan- of af te sluiten aan/van de aansluitingen "Fixed
In" of Variable In".
• Wanneer u de aansluitingen "Variable In" gebruikt, dient u zeker te
stellen dat de ingangskeuzetoets "Input Select" (Nr.2) op "VAR" is
ingesteld.
voordoen.
Indien
u
de

Advertenties

loading