2. Druk op de toets A.
De trommel gaat automatisch open.
3. Doe de was in de trommel, één item
tegelijk.
4. Schud de items voor u ze in de
wasautomaat plaatst.
Zorg ervoor dat u niet te veel was in de
trommel plaatst.
5. Sluit de trommel en het deksel.
LET OP!
Voordat u de deur van de machine sluit,
dient u erop te letten dat de trommel
goed is gesloten.
11.3 Wasmiddelvakjes. Wasmiddel
en additieven gebruiken
1. Doseer de gespecificeerde wasmiddelen
en de wasverzachter.
2. Doe het wasmiddel en de wasverzachter in
de juiste vakjes.
22
NEDERLANDS
Volg altijd de instructies op die u op de
verpakking van het wasmiddel aantreft.
We raden u wel aan het maximaal
A
aangegeven niveau niet te overschrijden.
Deze hoeveelheid zal u echter de beste
wasresultaten geven.
Voeg vloeibare wasmiddelen toe aan een
doseerbol (geleverd door de fabrikant
van het wasmiddel). Plaats de doseerbol
in de trommel van de wasmachine,
bovenop de kledingstukken.
Wasmiddelvakje voor de voorwasfase.
De MAX-tekens geven het maximale niveau
aan van de hoeveelheid wasmiddel (poeder
of vloeibaar).
Voeg wasmiddel toe (waspoeder of
vloeibaar) als u een programma met
vlekbehandeling instelt.
Wasmiddelvakje voor de wasfase.
De MAX-tekens geven het maximale niveau
aan van de hoeveelheid wasmiddel (poeder
of vloeibaar).
Vakje voor vloeibare toevoegingen
(wasverzachter, stijfsel).
De M -markering geeft het maximale niveau
aan voor vloeibare toevoegingen.