verbinding tussen de uitblaastuit
en het afvoerkanaal. De flexibele
slang dient volledig uitgetrokken
en zo recht mogelijk te worden
aangebracht.
Toepassing van platte kanalen
met een te gering netto
doorstromingsoppervlak is ten
zeerste af te raden.
Controleer bestaande kanalen op
diameter, vernauwingen en of
deze niet in verbinding staan met
andere kanalen of ruimten.
Let op:
Nooit aansluiten op een
rookgasafvoerkanaal.
Maak gebruik van een
dakdoorvoer (dubbelwandig ter
voorkoming van
condensvorming) met voldoende
doorlaat, zoals de Itho
dubbelwandige dakdoorvoer type
DDV150.
Bij afvoer via de buitengevel, via
een spouwmuur, dient er op gelet
te worden dat het afvoerkanaal
de spouwmuur volledig overbrugt
en iets afloopt naar de
buitenzijde. Gebruik bij voorkeur
een dubbelwandig kanaalstuk om
condensvorming te voorkomen.
Om de opening in de buitenmuur
af te werken kan een Itho
kunststof buitenmuurrooster type
MGE worden toegepast.
Bij aansluiting op een kort
afvoerkanaal door het dak of door
de muur kan het gewenst zijn in
het kanaal een terugslagklep type
TSKE150 te monteren. Dit
voorkomt windinval.
9
5.
Elektrische
aansluiting
De inbouwunit is voorzien van
een snoer met randaarde steker
en dient aangesloten te worden
op een wandcontactdoos met
randaarde.
Stoomsterkte en verbruik zijn
aangegeven op de specificatie
sticker dat zich aan de
binnenzijde van de afzuigkap
bevindt.
De steker dient goed bereikbaar
gemonteerd te worden.
De elektrische verbinding tussen
de ventilatorunit en de
aanzuigunit geschiedt d.m.v. een
verbindingskabel met 6-polige
steker. De lengte van de
verbindingskabel is ca. 3 meter.
Verlenging en vervanging van
deze verbindingskabel(s) en/of
aansluitsnoer dient te gebeuren
door een erkende installateur.
6.
Werking
De afzuigkap is uitgerust met een
separate krachtige centrifugaal
ventilator die voorzien is van
kogellagers zodat een trillingvrije
werking is verzekerd. Door de
ingebouwde geluiddemper in de
ventilatorunit wordt het geluid in
de keuken tot een lage waarde
teruggebracht.
Een zelfheersend thermocontact
zorgt ervoor dat de motor bij
oververhitting wordt
uitgeschakeld. Na afkoeling zal
de motor weer inschakelen.
Vaststelling van de oorzaak van
de oververhitting is dan wel
noodzakelijk. Dit kan bijvoorbeeld
zijn door vlam in de pan, doordat
de waaier in het motorhuis
geblokkeerd wordt door een
voorwerp of dat de
uitblaasopening gedeeltelijk of
volledig is afgesloten.
Let op:
Nooit flamberen onder de
afzuigkap.
De afzuigkap is voorzien van
randafzuiging. Dit houdt in dat de
afzuiging geconcentreerd wordt
aan de randen van de afzuigkap.
Hierdoor ontstaat aan de randen
10