onderbroken.
9. Op
[Verder >]
-
Het dialoogvenster voor de doorstuurfunctie of voor het
voltooien van de alarmregel wordt weergegeven.
10. Naar keuze
•
op
[Voltooien]
worden doorgestuurd indien het alarm niet is bevestigd of
-
De assistent wordt beëindigd en de nieuwe regel wordt
toegevoegd aan de lijst van de alarmmeldingen.
•
het selectievakje
naar
inschakelen als de alarmmelding naar een verdere
ontvanger moet worden doorgestuurd.
-
Het invoerveld min voor het opgeven van de periode waarna
de alarmmelding moet worden doorgestuurd en de
keuzelijst voor het bepalen van de volgende ontvanger
worden weergegeven.
11. In het veld
min
moet worden doorgestuurd (tijd tussen het versturen van het
alarm aan ontvanger 2 tot aan het moment van het doorsturen
naar ontvanger 3).
12. In de keuzelijst
moet krijgen.
De afgiftedoelen (SMS of e-mail) van ontvanger 1 en
ontvanger 2 mogen niet verschillen. Bij alle ontvangers
in een alarmketen moet hetzelfde afgiftedoel (allemaal
SMS of allemaal e-mail) zijn ingesteld, anders is de
alarmketen onderbroken.
klikken.
klikken als de alarmmelding niet moet
bij ontbreken bevestiging doorsturen
de periode invoeren, waarna de alarmmelding
Aan
de ontvanger kiezen die de alarmmelding
6 Product gebruiken
137