Regudis W-HTE
Aanwijzingen voor de exploitant
9.4
Vermogen van de warmtewisselaar
controleren
Om verkalking en verontreiniging van de warmtewisselaar
uit te sluiten, adviseren wij om jaarlijks het vermogen van de
warmtewisselaar te controleren.
1
Tap tegelijk aan meerdere kranen warm water, zonder er
koud water bij te mengen.
2
Meet op het tappunt dat het verst is verwijderd van het
station de warmwatertemperatuur.
3
Vergelijk de gemeten warmwatertemperatuur met de
op de servomotor ingestelde warmwatertemperatuur.
Het vermogen van de warmtewisselaar is correct als de
gemeten warmwatertemperatuur ten hoogste 5 °C hoger of
lager is dan de op de servomotor ingestelde
warmwatertemperatuur (b.v. 60 °C).
Als de afwijking groter is dan 5 °C:
f
Filterinzetstuk controleren.
f
Aanvoertemperatuur controleren.
f
Aanvoerdebietsensor of drukverschil controleren.
f
Reinig en ontkalk de warmtewisselaar, zoals beschreven
in paragraaf 8.3 op pagina 37.
10. Aanwijzingen voor de
exploitant
De exploitant moet zich door de sanitair-,
verwarmings- en aircomonteur laten informeren
over een veilig gebruik van het station volgens de
voorschriften.
10.1 Warmwatertemperatuur instellen
Afb. 45: Warmwatertemperatuur instellen
1
Servomotor met geïntegreerde drinkwater-
temperatuurregeling
2
Draaiknop
1000101432-10236601 000 04
De warmwatertemperatuur is met de draaiknop (2) van de
servomotor (1) instelbaar en is standaard ingesteld op
60 °C. De ingestelde en door de temperatuursensor
rechtstreeks bij de warmwater-uitgang van de
warmtewisselaar gemeten warmwatertemperatuur is iets
hoger dan de warmwatertemperatuur op de tappunten.
1
Stel de gewenste warmwatertemperatuur in met de
draaiknop van de servomotor.
2
Tap aan de verst verwijderde kraan warm water zonder
er koud water bij te mengen en controleer de
warmwatertemperatuur. Pas de warmwatertemperatuur
zo nodig aan.
Een verhoging van de warmwatertemperatuur
betekent altijd een verhoging van het
energieverbruik en een verminderen van de
warmwatertemperatuur betekent altijd een
energiebesparing.
10.2 Legionellabestrijding
Legionella vermeerdert zich bijzonder snel als de
warmwatertemperatuur continu te laag is, of als sprake is
van langdurige stilstand (> 72 u) zonder dat water wordt
getapt.
f
Tap regelmatig warm en koud water zodat een
regelmatige drinkwatervervanging gegarandeerd
is en langere stilstandtijden van het drinkwater niet
optreden.
f
Laat na iedere stilstand van meer dan 72 u het warme
en koude water op alle tappunten gedurende korte tijd
stromen, om ervoor te zorgen dat het drinkwater in de
buizen wordt ververst.
Alleen bij installaties met circulatieleiding:
f
Stel de warmwatertemperatuur met de servomotor in
op ten minste 60 °C.
f
Zorg ervoor dat de centrale
1
verwarmingswatertemperatuur in het buffervat is
ingesteld op meer dan 60 °C.
Let op de geldende regels (b.v. DVGW-werkblad
W551).
2
43