Verzadiging
Instelling van de beeldverzadiging. Instelbaar zijn waarden tussen 0 en 100.
Kleurtoon
Instelling van de kleurtoon. Instelbaar zijn waarden tussen 0 en 100.
Scherpte
Instelling van de beeldscherpte. Een hogere scherpte kan de beeldruis versterken.
Instelbaar zijn waarden tussen 0 en 100.
Belichtingsinstellingen
Belichtingsmodus
Automatische of handmatige instelling van de belichtingsparameters.
Belichtingsduur
Instellen van de max. belichtingstijd. Deze instelling is onafhankelijk van de irismodus.
Gain
Instelling van de versterkingswaarde voor het videobeeld.
Dag-/nachtomschakeling
Dag/nacht-omsch.
De dag/nacht-omsch. Biedt de opties auto, dag, en nacht.
Auto
De camera schakelt, afhankelijk van de actuele lichtomstandigheden, automatisch tussen dag- en
nachtmodus. De gevoeligheid kan tussen 0-7 worden ingesteld.
Dag
In deze modus maakt de camera alleen kleurenbeelden.
Neem het volgende in acht:
Gebruik deze modus alleen bij gelijkblijvende lichtverhoudingen.
Nacht
In deze modus maakt de camera alleen zwart/witbeelden.
Neem het volgende in acht:
Gebruik deze modus alleen bij zwakke lichtverhoudingen.
Tijdschema
Gevoeligheid
Instelling voor de omschakeldrempel voor de automatische dag-/nachtomschakeling (0-7).
Een lage waarde betekent een lagere belichtingssterkte voor de omschakeling naar de nachtmodus.
Omschakeltijd
Instelling van een vertraging tussen het herkennen van een noodzakelijke omschakeling tot aan de actie.
Overbelichting vermijden
Deze functie kan de overbelichting van het videobeeld reduceren als het licht van nabijgelegen objecten
wordt gereflecteerd.
244