Programmeren.
De HMI (Human Machine Interface) past een interactieve programmeertechniek toe, die volstaat
door op de V of X knop te drukken en de instructies te volgen op het display. Het menu is
eenvoudig toegankelijk door op de menuknop (3
Als het display een vraagteken (?) weergeeft, kies dan ja of nee met de v of x toets.
Bijv: het display geeft weer Master Modus? , kies dan v en u bent in de Master Modus.
Als het display het woord Invoer weergeeft, voer dan cijfers in en toets op Enter (D).
Bijv: Het Display geeft weer:
Het systeem vraagt om cijfers in te voeren tussen 0 en 255 gevolgd door de Enter (D) toets.
(Zodra u 6 , 4, D invoert, dan staat de timer op 64 seconden ingesteld)
Voor alle Checkfuncties, gebruikt u de pijltjestoetsen om naar boven en beneden te scrollen.
Status A
Statusloop A
Opm: Toets
In totaal kunnen er 14 toegangscodes gebruikt worden, met maximaal 8 cijfers per code.
1 Mastercode (Gebruiker 1, standaard"0000"): De gebruiker van deze toegangscode kan alle
toegangscodes bekijken, wijzigen en alle overige instellingen aanpassen.
7 Gebruikerscodes (Gebruiker 2 t/m 8): In totaal zeven gebruikers kunnen met hun
2 Latchkeycodes (Gebruikers 9 en 10) Latchkeygebruikers zijn bijvoorbeeld kinderen of
Andere sleutelhouders. De centrale belt het "Latchkeynummer", zodra één
van deze gebruikers het alarm in- of uitschakelt.
1 Installateurscode (standaard"1234"): (Gebruiker 12) komt in de "Installateursmodus".
2 CMS-codes (CMS1 standaard "1111", CMS2 standaard "2222"): Opent tot 2 CMS stations
voor CMS parameter instellingen en systeemcheck.
Gebruiksaanwijzing HMI
Seconden (0-255)
Invoer:
Lezen van het programmeerstappenplan
Status A-1
Status A-2
Substatus van A-2
Status A-3
verlaat direct de huidige programmeerstatus.
eigen code alle gebruikersmodi inschakelen en het systeem checken.
e
knop onder het display) te duwen.
Pijl naar beneden
selecteert volgende status
Pijl rechts selecteert substatus
Toegangscodes