Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Gebruiksspanning Van De Ontvanger; Aanbevelingen En Tips - ROBBE-Futaba F-14 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

^ r o l i l i c
Gebruiksaanwijzing
R i t a b a
F-14
De antenne mag absoluut niet worden opgerold als een
spoel. De antenne kan het best aan een latje of in een pla-
sticbuisje worden geleid. Dit beïnvloed de reikwijdte niet.
Gebruik voor de montage van de servo's altijd de meegele-
verde rubbertules en messing holnieten.
Let erop dat u de schroeven niet zo vast draait dat de holnie-
ten plat worden gedrukt anders hebben de rubbertules geen
trillingsdempende werking meer.
Op afbeelding 13 ziet u de bevestiging van de servo's.
Elke servo moet vrij zijn volledige draai kunnen maken,
zonder mechanisch begrenst te worden. Dit geld in het bij-
zonder ook voor de gas servo. De standen volgas moeten
worden bereikt door de volle uitslag en mogen niet mecha-
nisch worden beperkt door de carburateur.
Wanneer dit toch het geval is werkt de servo continu voluit
en gebruikt deze veel stroom.
De stuurstangen en roeren moeten zo vrij lopen dat ze soe-
pel en licht lopen. Anders kost het teveel stroom en wordt de
bedrijfstijd aanzienlijk korter.
Bij vliegtuigmodellen moeten de servo's in servoplankjes of
servohouders worden bevestigd. In r.c. auto's worden ser-
vo's op de daarvoor bestemde plaatsen bevestigd. In schepen
moet kunnen de speciale robbe-Futaba servohouders worden
gebruikt.
- -
. ^
; ,
De meeste servo's zijn dankzij een tandkraag op de uitgaan-
de as mechanisch neutraal te stellen. Draai hiervoor eerst het
schroefje van de servohevel los neem de hevel van de servo
en druk hem nadat de servo in de neutraalstand is gezet terug
op de servo in de gewenste stand.
Bovendien komen zwaarlopende roeren slecht in neutraal-
stand terug en dit heeft weer een slechte invloed op het
vlieggedrag.
Voor een veilig gebruik moeten knikpulsen voorkomen wor-
den. Deze ontstaan als metalen delen bijvoorbeeld door tril-
lingen langs elkaar bewegen.
Gebruik daarom bij de aansturing van de carburateur beslist
altijd een plastic kwiklink. Maak geen losse metaal-metaal
contacten.
- . . • ,; _
Op afbeelding 14 ziet u een servo met aangesloten stuur-
stangen. Er zijn verschillende hevels leverbaar voor robbe
servo's, deze zijn in afbeelding 15 weergegeven. Daarnaast
is het verschil per tand van de tandkraag weergegeven.
Elektromotoren moeten beslist ontstoord worden anders
kunnen de vonken die tussen koolborstel en het anker ont-
staan de besturing storen. Gebruik om de motor te ontstoren
ontstoorfilter best nr. 8306 of 8307 of een setje ontstoorcon-
densators 4008.
Gebruiksspanning van de ontvanger
Alle robbe-Futaba ontvangers werken nog bij met een span-
ning van 3 volt zonder reikwijdte verlies. Dit betekent dat
zelfs bij een defecte accucel de ontvanger blijft werken want
ook de robbe-Futaba servo's werken nog bij een spanning
van 3,6 volt, echter wel langzamer en met minder kracht. Dit
is vooral belangrijk in de winter met zeer lage gebruikstem-
peratuur zodat spanningsval geen uitval veroorzaakt.
Het nadeel van dit systeem is dat bijvoorbeeld de uitval van
een accucel soms geheel niet gemerkt wordt. Daarom moet
de ontvanger accu regelmatig getest worden. De robbe accu-
controller (best. nr. 8248) is hiervoor goed geschikt. Of
gebruik een 10-leds schakelaar (bijvoorbeeld best.nr. F1404)
Aanbevelingen en tips
Zet altijd eerst de zender aan en dan pas de ontvanger.
Uitzetten in omgekeerde volgorde. Als de ontvanger is aan-
gezet gaan alle servo's in de neutraalstand staan. Test elke
functie door de stuurknuppels even te bewegen.
Let hierbij ook op de looprichting, wanneer een roer de ver-
keerde kant op beweegt moet dit kanaal eerst worden omge-
poold.
Elke motor moet apart ontstoord worden in afbeelding 16 is
ontstoorde motor te zien.
Om een model te besturen moet de antenne altijd volledig
worden uitgetrokken. Tijdens gebruik niet met de antenne
naar het model wijzen. In deze richting heeft de zender de
minste uitstraling.
De antenne kan het beste haaks op het model staan. Bij geli-
jktijdig gebruik van zenders op naast elkaar liggende kana-
len kunnen de vliegers/bestuurders het beste in een groep bij
elkaar staan. Vliegers die zich op een afstand van de groep
bevinden vormen zowel een risico voor het eigen model als
voor dat van de anderen.
Voor de zekerheid moet u op zijn minst met de start van een
nieuw model een reikwijdte test doen. Met ingeschoven
antenne moet er een storing vrije afstand van ongeveer 60
meter zijn. Dat betekent dat de ontvanger zonder fouten
moet werken.
Bij motormodellen moet deze test met een lopende motor
worden uitgevoerd zodat trillingsstoringen ook aan vastge-
steld kunnen worden. Ga niet vliegen als de eventuele pro-
blemen niet met zekerheid zijn gevonden en verholpen.
43

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave