10
Sluit de kabel van de dri-
ver (AC-N) aan op de NEU-
TRAAL kabel van uw instal-
latie.
13
B
Plaats het onderdeel nadat u de kabels hebt aangesloten B
in het stuk F, zoals weergegeven in de afbeelding.
11
Eenmaal verbonden, plaatst
u het onderdeel I vast te
schroeven.
14
F
12
Sluit de kabel van de dri-
ver (AC-L) aan op de PHA-
SE-kabel van je installatie.
Eenmaal verbonden, plaatst
u het onderdeel I
NEDERLANDS
I
11