Statusindicaties en probleemoplossing
Statusindicaties
Tijdens normaal gebruik knippert het led voor
het aangeven van de detectorstatus elke 10
seconden groen
en zijn beide relais Brand en Storing in hun
normale positie.
Als de detector in de storingstatus is, knippert
het led van de detector elke 10 seconden om
een signaal hoog/weinig storing aan te geven,
elke 5 seconden om AGC/compensatiestoring
aan te geven en elke 3 seconden om interne
storing aan te geven. Het storingrelais
verandert van status.
Als de detector in de brandstatus is, knippert
het led elke 5 seconden en verandert het
brandrelais van status.
Reiniging
De detector compenseert automatisch voor
stofopeenhoping door zijn AGC-niveau te
wijzigen. Zodra de AGC-limiet is bereikt, geeft
de detector een storing aan en moet reiniging
worden uitgevoerd.
Daarom wordt aanbevolen de detectorlenzen
en de reflector
periodiek te reinigen met een zachte, pluisvrije
doek om te voorkomen dat storingen van de
AGC-limiet optreden.
Na het reinigen kan de signaalsterkte, als
de detector in de storingstatus staat, zijn
verhoogd tot boven de drempel Signal Too
High (Signaal te hoog). In dat geval moet de
detector opnieuw worden uitgelijnd.
Testen
Aanbevolen wordt om na installatie of reiniging
een brandtest uit te voeren.
Brandtest: Dek de reflector langzaam af, zodat
het afdekken langer duurt dan 5 seconden. De
detector geeft na 10 seconden brand aan.
Als alternatief kan gebruik worden gemaakt van
het alarmfilter uit de Fireray Commissioning Kit
die 25%, 35% en 55% alarmdrempels test.
Pagina 15