2.5
S Y S T E E M PA G I N A
GPS uit/aan
GPS in- en
Scherm Locatie
uitschakelen
verschijnt
Gebruiken
Stop
met GPS uit?
ontvangst
GPS
Terugkeren naar
aanzetten?
systeempagina
33
GPS in- en uitschakelen
Wanneer u zich binnenshuis bevindt, kunt u de GPS-navigatie uitschakelen en de
andere functies van uw GPS 100 (geen navigatiefuncties) gebruiken terwijl u het
batterijverbruik vermindert. Wanneer u de GPS uitschakelt, stopt het toestel met
het zoeken naar signalen van satellieten. Wanneer u de GPS opnieuw inschakelt
om signalen te ontvangen, moet het toestel opnieuw signalen van ten minste
drie satellieten verwerven voor het met de navigatie kan beginnen.
NB: Het toestel moet zich buiten bevinden met een duidelijk zicht
op de lucht om satellietsignalen voor navigatie te verwerven.
Zo schakelt u de GPS uit:
1. Markeer op de systeempagina SATELLIET met de IN/UITZOOMEN-knop en
druk de ENTER-knop in om de keuze te bevestigen
verschijnt dat de satellietsignalen toont die worden ontvangen met de sterkte
van elk signaal aangegeven. De satellieten die momenteel worden verworven
door het toestel voor navigatie zijn gemarkeerd
.
2. Selecteer GPS-MODE
. Het menu "GEBRUIK GPS UIT?"
verschijnt
.
3. Markeer en selecteer JA
. Het toestel zal automatisch GPS uitschakelen en
niet langer satellietsignalen ontvangen.
4. Druk op de PAGINA-knop om terug te keren naar de systeempagina
Zo schakelt u de GPS in:
1. Markeer op de systeempagina SATELLIET met de IN/UITZOOMEN-knop en
druk de ENTER-knop in om de keuze te bevestigen
LOCATIE verschijnt
.
2. Selecteer GPS-MODE
. Het menu "GPS AANZETTEN?" verschijnt
3. Markeer en selecteer JA
. Het toestel begint satellietsignalen te zoeken
totdat het drie signalen vastlegt.
4. Druk op de PAGINA-knop om terug te keren naar de systeempagina
NB: Het toestel moet zich buiten bevinden met een duidelijk zicht
op de lucht om satellietsignalen voor navigatie te verwerven.
Aanpassen van de display
U kunt diverse instellingen voor de display van uw toestel aanpassen.
1. Markeer in de systeempagina met de IN/UITZOOMEN-knop en selecteer
DISPLAY door de ENTER-knop in te drukken
verschijnen
2. SELECT is gemarkeerd
voor contrast of achterlicht aan te passen. Het veld Contrast begint te
knipperen
3. Kies uit de volgende opties. U hoeft alleen de instellingen te selecteren die u
wilt wijzigen.
• Contrast
. Een scherm LOCATIE
Markeer en selecteer CONTRAST
knop het contrast van het beeldscherm wijzigen
knop om de aanpassing van het CONTRAST af te sluiten.
• Helderheid
Markeer en selecteer ACHTERLICHT
achterlicht van het scherm aanblijft telkens dat het toestel wordt
ingeschakeld wijzigen. (Zodra u ACHTERLICHT hebt geselecteerd, begint de
titel van het geselecteerde veld te knipperen.) Druk op de ENTER-knop om
het menu TIJD UIT te activeren
.
dat u wenst.
WAARSCHUWING: Wanneer u AANBLIJVEN kiest, zal de gebruiksduur van de
batterij aanzienlijk verminderen.
. Een leeg scherm
4. Wanneer u klaar bent met het wijzigen van de display-instellingen, markeert
en selecteert u OPSLAAN
.
.
. CONTRAST en ACHTERLICHT
.
. Druk op de ENTER-knop om de instellingen
.
. U kunt nu met de IN/UITZOOMEN-
. Druk op de ENTER-
. U kunt nu de duur dat het
. Markeer en selecteer het tijdsinterval
om terug te keren naar de systeempagina
2.5
S Y S T E E M PA G I N A
Aanpassen van de display
Selecties
Instellingen
openen
aanpassen
Instellingen
Contrast
aanpassen
wijzigen
Achterlicht
interval
.
selecteren
34