2.4
PA G I N A N AV D ATA
Tracks: overzicht
Pagina
Opgeslagen
Nav Data
tracks bekijken
Track opslaan
Opties opslaan
of oproepen
Track benoemen
Toegang tot
tracks
Richting
Naam invoeren
Wissen
19
Tracks
Wanneer u TRACKS selecteert op de pagina Nav Data (zie
100 een lijst van de tracks die momenteel zijn opgeslagen. Uw toestel zal
automatisch een track registreren terwijl u reist. U kunt tot 10 tracks opslaan en
later een van deze tracks oproepen voor navigatie. Uw toestel kan u in beide
richtingen begeleiden langs een geselecteerde track .
NB: Uw GPS 100 begint automatisch uw reis te volgen wanneer deze wordt
ingeschakeld en zich in verbinding stelt met satellieten. De geregistreerde reis wordt
opgeslagen in de log, zelfs wanneer de stroom wordt uitgeschakeld, en begint met
een nieuwe tracking "sessie" wanneer deze opnieuw wordt ingeschakeld. Oude
tracks blijven in het geheugen (2.000 tracking points) tenzij ze worden gewist
door de gebruiker (zie " Individuele tracks wissen" op pagina 28).
Opties selecteren
Markeer op de pagina Nav Data TRACKS met de IN/UITZOOMEN-knop en druk de
ENTER-knop in om het scherm Tracks weer te geven. Gebruik de IN/UITZOOMEN-
knop om door de lijst van tracks te schuiven en druk op de ENTER-knop om naar
de gemarkeerde track te gaan. Gebruik opnieuw de IN/UITZOOMEN-knop om uw
keuze te markeren en druk op de ENTER-knop om dit te selecteren. Druk op de
PAGINA-knop om terug te keren naar de hoofdpagina.
Optie Log
Markeer en selecteer LOG om de huidige track op te slaan of om een voordien
opgeslagen track op te roepen
. Markeer en selecteer OPSLAAN
SESSIE
(de reis die is geregistreerd sinds het toestel het laatst is ingeschakeld)
of de VOLL LOG
op te slaan (alle reizen die zijn geregistreerd sinds de log het
laatst is gewist) (zie WISSEN hierna). U kunt ofwel de standaardnaam (de huidige
datum) aanvaarden of de naam van de track wijzigen voordat u deze opslaat
(zie "Tekst bewerken" op pagina 29). Markeer en selecteer WISSEN
reizen die zijn geregistreerd in de log te wissen. Het toestel begint automatisch
opnieuw met het registreren van uw reis.
Opties selecteren
Markeer en selecteer een opgeslagen track om te navigeren, de naam ervan te
wijzigen of te wissen
. Markeer en selecteer NAVIGEER
VOORUIT of ACHTERUIT
om de kaartpagina weer te geven met de te volgen
reisrichting voor de geselecteerde track. Markeer en selecteer HERNOEM
naam van een geselecteerde track te wijzigen
(zie "Tekst bewerken" op pagina
29). Markeer en selecteer WISSEN
om de geselecteerde track te wissen
Een geselecteerde track navigeren
Zo laat u de kaart het navigatiepad langs een geselecteerde track tonen:
), toont uw GPS
1. Markeer op de pagina Nav Data TRACKS met de IN/UITZOOMEN-knop en
bevestig de keuze door de ENTER-knop in te drukken
2. Markeer en selecteer de track die u wenst te navigeren
geselecteerde track verschijnt met drie selecties: navigeren, hernoemen en
wissen
.
3. Markeer en selecteer NAVIGEER om uw geselecteerde track te navigeren
Markeer en selecteer VOORUIT om vanaf het begin tot het einde van de
geselecteerde track te navigeren
vanaf het einde naar het begin van de geselecteerde track te navigeren
4. Hierdoor verschijnt de kaartpagina met het pad van de track
weergegeven
In de pagina Meters wordt de track-navigatie geïllustreerd door een gebogen
dubbele lijn en een pictogram van een trekker in de rechter onderhoek van het
scherm. Verder worden uw geselecteerde track en afstand om de navigatie van
deze track te vervolledigen boven het kompas getoond
om deze
om alle
en vervolgens
om de
.
PA G I N A N AV D ATA
.
. Een kaart van de
.
. Markeer en selecteer ACHTERUIT om
.
.
.
2.4
Tracks: navigatie
Pagina
Opgeslagen
Nav Data
tracks
Voorbeeld
Richtingen
track en opties
Navigatie
Navigatie op
op kaart
pagina Meters
20