Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Voor Het Maaien; Kabels; Bij Het Maaien - Solo 537 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Veiligheidsvoorschriften

3.2 Voor het maaien

Draag altijd stevige schoenen en een lange broek tijdens het maaien. Maai nooit op blote voeten of in
lichte sandalen.
Controleer het te maaien terrein en verwijder alle voorwerpen die door de grasmaaier gegrepen en
weggeslingerd kunnen worden.
Controleer de aan de buitenkant van de grasmaaier genstalleerde leiding en de aansluitkabel op
beschadiging en ouderdom (broosheid). Uitsluitend in onberispelijke staat gebruiken.
Laat de kabel uitsluitend door een vakman repareren.
Controleer de grasopvangbak vaak op slijtage en vervorming.
Controleer voor het gebruik (optische controle), of de messen en bevestigingsmiddelen bot of
beschadigd zijn. Vervang botte of beschadigde messen altijd als set, om geen onbalans te
veroorzaken

3.3 Kabels

Opgelet! Elektrische schok door kabelschade.
Wanneer de kabel doorgesneden of beschadigd is, slaan de zekering niet altijd door.
Raak de kabel niet aan voor men de stekker uit het stopcontact haalt.
Beschadigde kabel moet geheel worden vervangen. De kabel afplakken met isolatietape is
verboden.
Werk a.u.b. met veiligheidskabels. Als aansluitleiding mogen uitsluitend leidingen worden gebruikt, die
niet lichter zijn dan rubberleidingen HO7 RN-F met een minimale diameter van 3x1,5 mm2. Als
maximale lengte mag de 25 m niet overschreden worden.
Stekkers en koppelingen moeten spatwaterdicht zijn.
Gebruik een elektrische beveiliging (RCD) met een maximale stroomsterkte van 30 mA.
Aansluitkabel aan de trekontlasting bevestigen. Niet langs randen en/of langs spitse of scherpe
voorwerpen laten schuren. De kabel niet tussen deur- of raamopeningen klemmen.
Schakelinrichtingen mogen niet verwijderd of overbrugd worden (bijv. schakelhendel aan de stang van
de handgreep binden).

3.4 Bij het maaien

Kantel de grasmaaier niet, als u de motor inschakelt, tenzij de maaier bij het opstarten gekanteld moet
worden. Als dit het geval is, kantel de maaier dan niet meer dan absoluut noodzakelijk is en til alleen
het gedeelte omhoog dat zich niet aan de kant van de gebruiker bevindt. Controleer altijd, of uw
handen allebei in werkpositie zijn, voordat u de grasmaaier weer terug op de bodem zet.
Attentie, gevaar! Messen lopen na!
Houdt de veiligheidsafstand aan die door de stang van de handgreep aangegeven is.
Zet de motor pas aan, als uw voeten zich op een veilige afstand van de messen bevinden.
Let op een stabiele stand, vooral op een helling. Nooit snel, maar altijd rustig naar voren lopen.
Maai op een helling altijd in dwarsrichting t.o.v. de helling, nooit van boven naar beneden.
Op een helling moet u vooral oppassen als u van richting verandert.
Maai niet op een steile helling.
Wees vooral voorzichtig, als u achterwaarts maait en de grasmaaier naar u toe trekt.
Zet de maaier uit, als u hem kantelt, beweegt zonder te maaien of vervoert, bijv. van of naar het gazon
of op wegen.
Gebruik de grasmaaier nooit als de veiligheidsinrichtingen zoals grasopvangbak en/of afbuiginrichting
beschadigd zijn of zelfs ontbreken.
Let op, geen snijdende vlakken aanraken.
Houdt uw handen en voeten altijd uit de buurt van roterende delen. Ga niet voor de opening staan
waaruit het gras uitgeworpen wordt.
Til een grasmaaier nooit op en draag hem nooit als de motor nog loopt.
Open de veiligheidsklep nooit als de motor nog loopt.
Voor het afnemen van de grasopvangbak: Motor afzetten en wachten totdat de messen helemaal stil
staan. De grasopvangbak zorgvuldig bevestigen nadat hij leeggemaakt is.
Nooit met lopende motor over kiezelstenen rijden - Steenslag!
Zo mogelijk niet maaien als het gras nat is.
NEDERLANDS 4
- 28
-.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

541

Inhoudsopgave