In bedrijfstelling
GEBRUIKSTIP
Voor het ontluchten, kan de zonneboiler-
regelaar de pomp continu laten draaien.
Zie hiervoor de handleiding van de rege-
laar.
GEBRUIKSTIP
Zet de pomp tijdens het ontluchten in
stand 3, zodat het ontluchten sneller
verloopt.
4.1.2 Volumestroom collectoren controleren en
instellen
Voor het juist functioneren van het Nefit SolarLine zon-
ne-energiesysteem is het noodzakelijk dat het collector-
circuit hydraulisch is ingeregeld.
Stel de flow in op onderstaande waarden:
flow
1-110 1 l/min
2-110 2 l/min
Procedure voor het instellen van de flow:
Om de juiste doorstroming van het collectorcircuit in
te stellen, dient de circulatiepomp continu te draaien.
Doe dit met behulp van de instelling op de zonne-
boilerregeling.
Zet de schakelaar van de circulatiepomp op stand 1
en flowregelaar op stand F.
Lees de doorstroming af op de flowunit. Is de flow te
laag, dan dient u de circulatiepomp in een hogere
stand te plaatsen.
Met de fijnafstelling kunt u de doorstroming zodanig
regelen, dat de flow op op de juiste waarde is inge-
steld. De onderkant van de flowindicator geeft de
waarde aan. Zie fig. 9.
Monteer de isolatie op de pomp.
4.1.3 Instellingen regeling
De regelaar staat standaard uit. Stel de regelaar in op
automatisch bedrijf, via het servicemenu.
De regelaar staat standaard ingesteld op een watertem-
peratuur van 60 °C. Om de opbrengst van de zonneboi-
ler te verhogen, kunt u deze op maximaal 85 °C
instellen.
Montage- en Gebruikershandleiding Nefit SolarLine Pakket 1-110/2-110 • 201 3/10
Fig. 9
Instellingen flowregelaar
Pos. 1: IFlowindicator
4
1
13