Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

SOLIS 1P6K3-4G Installatie- En Gebruiksaanwijzing pagina 10

Inhoudsopgave

Advertenties

4. Installatie
Let op:
Als de gelijkstroomingangen per ongeluk omgekeerd zijn aangesloten of de
omvormer defect is of niet goed werkt, is het NIET toegestaan de
gelijkstroomschakelaar uit te schakelen, omdat dit de omvormer beschadigt en zelfs
tot een brandramp leidt.
De juiste acties zijn:
*Gebruik een opklikbare ampèremeter om de stringstroom voor gelijkstroom te meten
*Als deze hoger is dan 0,5 A, wacht dan tot de zonnestraling afneemt totdat de stroom
daalt tot onder 0,5 A.
*Pas nadat de stroom lager is dan 0,5A,
u mag de gelijkstroomschakelaars uitschakelen en de fotovoltaïsche strings loskoppelen.
Houd er rekening mee dat eventuele schade als gevolg van verkeerde handelingen niet
onder de garantie van het apparaat valt.
4.3.2 Netzijde van omvormer aansluiten
Voor alle wisselstroomaansluitingen is een kabel van 10- 25mm
de weerstand van de kabel lager is dan 1,5 ohm. Als de draad langer is dan 20 meter, wordt aanbevolen
om een kabel van 16-25 mm
2
te gebruiken.
De stappen voor het monteren van de wisselstroomnetklemmen zijn als volgt:
A) Strip het uiteinde van de buitenste isolatiemantel van de wisselstroomkabel ongeveer 60 mm en strip
vervolgens het uiteinde van elke draad ongeveer 10 mm. (zoals weergegeven in afbeelding 4.15)
kabeldiameter 18~25 mm
Afbeelding 4.15 Gestripte
wisselstroomkabels
Extra uitleg:
Als de diameter van de beschermende laag van de wisselstroomkabel kleiner is dan de
aanbevolen (18-25mm) moet de beschermende spiraal spiraalvormig worden
gewikkeld.
B) Demonteer de 4 schroeven op het deksel van de wisselstroomaansluiting en verwijder het deksel.
Demonteer de schroef onder het klemrek en trek de terminal eruit( zoals weergegeven in afbeelding 4.
16)
.16.
2
105 ℃ vereist. Zorg ervoor dat
kabeldiameter 10-25 mm
2
60 mm
PE
L
N
x
x=10mm
Afbeelding 4.16 De afdekking van de wisselstroomaansluiting demonteren
C)
Steek de 3 kabels in de wisselstroomaansluiting en gebruik de platte schroevendraaier om de schroeven
vast te draaien. Het koppel is 2-2,5 Nm. (Zoals weergegeven in afbeelding 4.17)
Afbeelding 4.17 Sluit de kabel aan op de wisselstroomklem
WAARSCHUWING:
Plaats de isolatielaag van de kabel niet in de klem wanneer u de schroeven vastdraait, anders
veroorzaakt dit slecht contact.
D)
Duw de wisselstroomaansluitingen langs de rail naar de binnenkant van de omvormer en draai de schroef
onder het rek vast. Vergrendel de 4 schroeven van de wisselstroomklem en draai de dopmoer van de
wisselstroomklem vast.
(zoals weergegeven in afbeelding 4.18)
Afbeelding 4.18 Draai de AC -klem vast
4. Installatie
.17.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

1p7k-4g1p8k-4g1p9k-4g1p10k-4g

Inhoudsopgave