– [2-04] Desinfectietijd: duur, hoe lang de desinfectietempera-
tuur in stand moet worden gehouden.
Als de temperatuur in het boilerreservoir door een af-
tapproces daalt, wordt de thermische desinfectie op-
nieuw gestart.
Als de thermische desinfectie bijv. door het hoogtariefsignaal
wordt verhinderd (Booster-Heater (BSH) geblokkeerd), wordt
die uitgevoerd van zodra de DAIKIN-warmtepomp zich opnieuw
in de normale modus (zie Tab. 7-3) bevindt.
[3] - Overig
De volgende instelmogelijkheden zijn beschikbaar:
– [3-00] Automatische herstart na een stroomuitval:
– 0 = DAIKIN-warmtepomp start in de bedrijfsmodus
"Stand-by". De schakeltijdfunctie is niet actief.
– 1 = DAIKIN-warmtepomp start opnieuw met de eerder
vastgelegde gebruikersinstellingen.
Als de DAIKIN-warmtepomp op een hoog-/laagta-
riefnetaansluiting is aangesloten, waarbij de
stroomvoorziening wordt onderbroken, moet deze
parameter op "1" worden ingesteld.
– [3-01] Toegangsautorisatie: Instelling niet wijzigen.
– [3-02] Streefwaarde voor warm water > 60 °C:
– 0 = Instelling > 60 °C niet mogelijk.
– 1 = Instelling > 60 °C mogelijk.
De maximale streeftemperatuur voor het warme
water is bij een uitsluitende warmtepompwerking
beperkt tot 55 °C.
Een streeftemperatuur voor warm water > 55 °C is enkel bij
de werking van de elektrische Booster-Heater (BSH) moge-
lijk.
[4] - Werking elektrische Booster-Heater (BSH)
De volgende instelmogelijkheden zijn beschikbaar:
– [4-03] Gelijktijdige werking van de elektrische Booster-Heater
(BSH) en de warmtepomp.
– 0 = Niet mogelijk.
– 1 = Is enkel tijdens de bedrijfsmodus "Geluidsarm" moge-
lijk.
– 2 = Is enkel tijdens de bedrijfsmodus "Hoog vermogen"
mogelijk.
– 3 = Is tijdens de bedrijfsmodus "Geluidsarm" en "Hoog
vermogen" mogelijk.
[6] - Hysterese voor warmwaterverwarming
Deze parameterinstellingen bepalen de grenstemperaturen
waarbij de verwarming van het warme water door de warm-
tepomp wordt gestart en gestopt (AAN-temperatuur en UIT-tem-
peratuur van de warmtepomp).
Als de watertemperatuur tot onder de AAN-temperatuur van de
warmtepomp daalt (T
), wordt het verwarmen van het water
HP ON
door de warmtepomp gestart.
Zodra de watertemperatuur de UIT-temperatuur van de warm-
tepomp (T
) of de ingestelde streeftemperatuur voor warm
HP OFF
water (T
) heeft bereikt, wordt het verwarmen van het water door
U
de warmtepomp gestopt.
De volgende instelmogelijkheden zijn beschikbaar:
– [6-00] Start: temperatuurverschil (schakelhysterese), dat de
AAN-temperatuur van de warmtepomp (T
ingestelde waarde wordt alleen in de "ECO"-modus geanaly-
seerd.
DAIKIN EKHHP(3/5)00AA2V3
DAIKIN Warmwaterwarmtepomp
008.1423432_05 – 08/2016
In de modi "ECO" en "Automatisch" begint de waterverwar-
ming pas als de gemeten warmwatertemperatuur onder
45 °C zakt.
– [6-01] Stop: temperatuurverschil, dat de UIT-temperatuur van
de warmtepomp (T
T
T
HP MAX
T
HP OFF
T
HP ON
T
U
Afb. 7-5
– [6-02] GCO (BSH): legt vast wanneer de Booster-Heater
(BSH) kan worden gestart, nadat de warmtepomp werd inge-
schakeld. Deze instelling is enkel werkzaam als de simultane
werking van de Booster-Heater (BSH) en de warmtepomp is
toegelaten ([4-03] is niet op 0 gezet).
– [6-03] Prioriteit van de bedrijfsmodus "Hoog vermogen": legt
de prioriteit vast wanneer de bedrijfsmodi "Geluidsarm" en
"Hoog vermogen" gelijktijdig actief zijn.
[6-03]
Tab. 7-2 Overzicht van de bedrijfsmodi "Geluidsarm" en "Hoog
– [6-04] Niveaus in de bedrijfsmodus "Geluidsarm":
– 1 = Laagste geluidsvermindering.
) bepaalt.De
HP ON
– 2 = Middelste geluidsvermindering.
– 3 = Hoogste geluidsvermindering.
7
x
Bediening, Parameters
Een AAN-temperatuur van > 45 °C zorgt ervoor dat
enkel de elektrische Booster-Heater (BSH) en geen
warmtepomp wordt gebruikt. Dit verlengt de
gebruiksduur van de koelmiddelcompressor.
) bepaalt.
HP OFF
Warmwatertemperatuur
Maximale watertemperatuur van de warmtepomp aan de
temperatuursensor in de warmwaterboiler (55 °C)
UIT-temperatuur van de warmtepomp
AAN-temperatuur van de warmtepomp
Streeftemperatuur voor warm water (zoals op de regeling
ingesteld)
Weergave van de regelaar voor de warmwaterbereiding door
de warmtepomp
Instellingen
Bedrijfs-
Bedrijfsmodus
modus
UIT
[6-04] = 1 [6-04] = 2 [6-04] = 3
0
UIT
Normaal
Geluidsarm
AAN
Hoog ver-
Normaal
mogen
1
UIT
Normaal
Geluidsarm
AAN
Hoog ver-
Hoog ver-
mogen
mogen
vermogen" bij gelijktijdige activering
Als [6-03] op "1" is ingesteld, krijgt de bedrijfsmodus
"Hoog vermogen" voorrang op de bedrijfsmodus
"Geluidsarm".
Geluidsarm
Geluidsarm
1
2
3
Geluidsarm
Geluidsarm
1
2
Geluidsarm
Geluidsarm
1
2
3
Hoog ver-
Hoog ver-
mogen
mogen
Installatieen bedieningshandleiding
29