1.4.
Aankoppelen
1.4.1.
Algemeen
1.4.2.
Standaard koppeling
De koppelingskogel is correct vastgekoppeld als de groene rand van de veiligheidsaanduiding (figuur 1.03; positie A)
zichtbaar is
Wanneer de koppeling niet juist is vastgezet, kan de aanhanger loskomen van het trekkende voertuig.
1.
Trek de autohandrem aan.
2.
Draai de steunen van de caravan met behulp van de bijgeleverde draaislinger zo ver mogelijk
omhoog.
3.
Breng de koppeling met behulp van het uitdraaibare neuswiel omhoog en plaats de koppeling
boven de kogel. Trek de caravanparkeerrem aan (figuur 1.02). De handremhendel moet met
kracht over het dode punt (zie aangegeven gebied) worden aangetrokken.
Figuur 1.02
Laat
de koppeling met behulp van de neuswielslinger over de trekhaak zakken, trek gelijktijdig de
koppelingshandgreep op en laat vervolgens de koppelingshandgreep (figuur 1.03; positie B) los
wanneer de koppeling op de kogel rust. Deze moet nu vanzelf in de uitgangspositie terugglijden.
Figuur 1.03
4