△
Voorzichtig: Bij de normale
!
werking
van
opnieuw opstarten.
9.4 Nood Stop
1)
Trek de rode noodstopknop op de onderste
of de bovenste besturingsinrichting kast in de
stand "UIT" om alle functies stop te zetten en de
motor uit te schakelen.
2)
Wanneer er operationele functies moeten
worden
hersteld,
geïmplementeerd na het indrukken van de rode
knop "Noodstop".
3)
Selecteer
en
"Noodstop" van de onderste besturingsinrichting
kast om het platform uit te schakelen.
9.5 Hulpvoeding
Indien
de
hoofdstroom
hulpvoeding worden gebruikt.
1)
Draai de contractschakelaar naar de grond
of het platform voor bediening.
2)
Trek de rode knop "Noodstop" uit naar de
stand "AAN".
3)
Bij gebruik van de voedingseenheid (d.w.z.
noodpomp)
van
voetpedaal indrukken.
4)
Schakel de gewenste functie in terwijl u de
voedingseenheid (d.w.z. noodpomp) open
houdt. De rijfunctie werkt niet met de
voedingseenheid.
5)
Gebruik de hulpvoeding niet langer dan
een tijd van 30 min.
9.6 Bediening van de
onderste
besturingsinrichting kast
1)
Draai de contactschakelaar naar de
onderste besturingsinrichting kast.
2)
Trek de rode "Noodstop" knop naar buiten
naar de "AAN" -stand.
3)
Druk de motorstartschakelaar van de motor
Hoogwerker Bedieningshandleiding
de
motor,
moet
deze
worden
bedien
de
rode
uitvalt,
moet
het
platform,
2 tot 3 seconden in de startpositie, gevolgd door
het starten van de motor.
4)
Platform positie afstellen.
niet
Houd de functie-inschakelknop ingedrukt.
Verplaats de juiste tuimelschakelaar in
overeenstemming met de markering op het
bedieningspaneel en stel het platform in
een
stuurfuncties kunnen niet vanaf de grond
worden bediend.
9.7 Bediening vanaf het
Platformbedieningsstation
1)
Draai de contactschakelaar naar de postie
van de onderste besturingsinrichting kast.
knop
2)
Trek de rode "Noodstop" knoppen op de
grond en het platform naar de "AAN" -stand.
3)
Druk op de motorstartschakelaar voor 2 tot
3 seconden in de startpositie, gevolgd door het
starten van de motor. Trap de pedaalschakelaar
de
niet in tijdens het starten van de motor.
4)
Platform positie afstellen.
Trap de pedaalschakelaar in.
Activeer de functie-bedieningshendel of de
tuimelschakelaar langzaam volgens het
pictogram op het bedieningspaneel.
het
5)
Sturen
Trap de pedaalschakelaar in.
Draai
duimschakelaar aan de bovenkant van de
bedieningshendel te drukken. Druk op de knop
aan de linkerkant van de duimschakelaar, het
stuur van de hoogwerker gaat naar links; en
druk op de knop aan de rechterkant van de
duimschakelaar,
hoogwerker gaan naar rechts.
△
!
stuurrichting van de wielen met behulp
van de richtingspijlen op de bovenste
besturingsinrichting kast en het frame
van de hoogwerker.
6)
Rijden
59
geschikte
positie
de
stuurwielen
de
stuurwielen
Voorzichtig:
Bepaal
in.
Rij-
en
door
op
de
van
de
de