Inhoudsopgave
Advertenties
11.
PLAATSEN VAN HET TOESTEL (zie eerst "Algemeen voorschrift")
Attentie: Voordat u het toestel plaatst is het aan te bevelen eerst Hoofdstuk 7
"Concentrisch kanaalsysteem" op Pag.11 door te nemen.
11.1 Aansluiting op de gasleiding
Afhankelijk van de opstelling kunt u bepalen waar de gasleiding komt te liggen. Let erop dat tijdens het aanslui-
ten de regelapparatuur niet wordt verdraaid en dat er geen overmatige spanningen optreden. De bereikbaarheid
van diverse koppelpunten dient bij de betreffende componenten gewaarborgd te zijn. Controleer na het aansluiten
de verbindingen op gasdichtheid. Gebruik in de toevoerleiding een 1/2" gaskraan met koppeling. Zorg er voor
dat de gasleiding vrij van vuil of zand is, en dat gas en verbrandingsproducten van de diverse onderdelen
en functies juist werken. De gas aansluiting dient spanningsvrij te geschieden. Dit ter voorkoming van beschadi-
ging aan de gas regelapparatuur
11.2 Voorbereiding en plaatsing van het toestel (zie ook pagina 30+ 32 + 33)
Verwijder de verpakking en controleer het toestel op mogelijke beschadigingen.
•
Neem de 2 til ijzers (A) uit de verpakking en zet het toestel hiermee op de plaats van bestemming
•
Let op ! Plaats het toestel op een stabiele ondergrond.
•
Leg het toestel niet op de rug of op de zijkant!
•
De voorruit moet nu verwijderd worden om de toegevoegde onderdelen uit het toestel te halen. De zijruit
•
(en) kunnen blijven zitten.
Neem het afdekprofiel onder uit toestel, zie afb B..
•
Draai de schroeven van de onderste en bovenste glaslatten los, zie afb C en D..
•
De voorruit aan de zijkanten vastpakken en deze VOORZICHTIG naar boven bewegen en daarna de
onderkant van de ruit VOORZICHTIG en langzaam naar u toe trekken. Hierna de ruit te laten zakken
en vervolgens te plaatsen op een veilige plek waar de ruit niet kan breken of beschadigen. Bij de hoek
versies eerst de ruit een stukje nar de open zijde(dus waar zijglas zit) schuiven en daarna uitnemen.
Attentie: de ruit is zeer breekbaar.
Dus voorzichtigheid betrachten bij het (ver)plaatsen van de ruit!.
Neem hierna de verpakte onderdelen uit het toestel en controleer deze op schade of breuk.
•
Situeer het toestel (zie Pag.30 afb. 3,4 en 5 als voorbeeld inbouw situatie) in de door u bepaalde inbouw
•
situatie met behulp van de til ijzers (A). Het toestel moet aan de achter en zijkanten minimaal 25mm vrij-
staan van brandvrije inbouwmaterialen. Plaats de convectieset en positioneer de meegeleverde convectie-
roosters op minimaal 50 cm onder het plafond (zie Pag.30 afb.3/4/5 C) op de betreffende wand. Eventueel
kan een verlaagd plafond binnenin het geheel uitkomst brengen bij een visueel belemmerend situatie.
Let op ! Bij een inbouw situatie met metselwerk zal een boezemijzer (A) geplaatst moeten worden.
•
Zie ook detail op Pag.30 afb.3 en 4A voor plaatsing boezemijzer. Het standaard boezemijzer is zowel
voor de hoek-als panorama situaties toepasbaar. Boezemijzer kan tegen wand gemonteerd worden,
rekening houden met sparing positie in plafond indien van toepassing.
De poten (pag. 33, figuur P) van het toestel kunnen worden versteld, en eventueel worden afgekort, zie ook
•
maattekeningen. Met de stelvoeten is verfijnde afstelling(waterpas) mogelijk.
Gasleiding, thermokoppel en vonkkabel zijn opgerold geplaatst onder toestel(zie fig O). Knip binders door
•
en rol de diverse leidingen VOORZICHTIG uit naar de positie waar de gasregelcassette geplaatst gaat
worden.
Middels stelbare muurbeugels (zie figuur N pagina 33) bovenop toestel kan fixatie aan de muur gereali-
•
seerd worden. Bevestigingsmateriaal niet meegeleverd.
Bepaal nu plaatsing en montage van de CC kanalen met toebehoren. Zie hiervoor Hoofdstuk 7
•
Let op !
De afstand tussen de gascassette/besturingskast en het toestel wordt bepaald door de kabel/
thermokoppel/leiding lengten welke van de besturingskast naar de waakvlambrander en
hoofdbrander lopen.
Dat is max. ca 1000 mm. (Zie ook Pag.29) Het aansluiten van leidingen, kabel en of koppelin
gen etc. dient spanningsloos te geschieden.
Pag.23
Advertenties
Inhoudsopgave
