Pag.2 INHOUDSOPGAVE 1.Algemeen Pag.3 Attentie Garantie Inhoud verpakking Belangrijke tips Voorbereiding tot het plaatsen van de ROSE CC Pag.4 2.Bedieningsvoorschriften ROSE CC Pag.4 Gas regelblok Aansteken Werking thermostaat Werking sfeerbrander Uitzetten van de kachel Onderhoud 3.Installatievoorschriften ROSE CC Pag.5 Algemeen voorschrift...
1. Algemeen De Rose CC wordt compleet geleverd. Bij aflevering dient u direct het toestel op eventuele transportschade te controleren. Is dit het geval dan dient u dit onmiddellijk en zo nauwkeurig mogelijk aan uw leverancier op te ge- ven.
“Installatievoorschriften Rose CC met concentrische kanaalaansluiting” 2. Bedieningsvoorschriften ROSE CC De Rose CC heeft 2 branders. De achterste brander wordt bediend door de thermostaatknop. U kiest de gewenste stand en de modulerende thermostaat zorgt voor de juiste temperatuur. De voorste brander wordt bediend door de handkraan.
Ook mo- gen kachels niet op of tegen brandbare materialen worden geplaatst (gordijnen enz.). 3. Installatievoorschriften Rose CC met concentrische kanaalaansluiting Algemeen voorschrift Laat het toestel alleen door een erkende installateur plaatsen en aansluiten volgens de plaatselijk geldende Gas installatievoorschriften.
Pag.6 Componenten van het toestel (Zie Pag.11 afb.1 en tabel op Pag 9 voor Restrictie plaatjes) Thermobox CC Set poten nr.62 Restrictieplaatjes A t/m E Mantel Rose CC Set poten nr.63 Gasblok Sierdeur Tandenrooster Glasprofielen Bedieningsklep Positie steun Achteraanzicht Sierdeksel Poten unit Het is aan te bevelen dat voor u het toestel plaatst eerst hoofdstuk 4 “Concentrisch kanaalsysteem“...
Pag.7 4. Concentrisch kanaalsysteem Het concentrisch kanaal systeem is samengesteld uit een binnenkanaal van Ø 100 mm en een buitenkanaal van Ø 150 mm. Deze kanalen zijn concentrisch opgesteld; door het binnenkanaal worden de verbrandingsgassen af- gevoerd, tussen binnen- en buitenkanaal wordt de verse verbrandingslucht toegevoerd. Met behulp van het con- centrisch kanaalsysteem zijn verschillende aansluitingen mogelijk: Door het dakvlak en door de gevel.
Pag.8 Dakdoorvoer zonder versleping (zie Pag.15 afb.6). Een rechtstreeks traject zonder verslepingen is mogelijk tot een maximale lengte van X=12 meter (excl. dakdoorvoer), gemeten vanaf aansluiting toestel. De minimale lengte is 3 meter. Uitmonding op elke positie in het dakvlak (zowel vlak als hellend) is mogelijk; rookgasafvoer en verbrandingsluchttoevoer bevinden zich in hetzelfde drukgebied.
Pag.9 Verzorg een sparing in de gevel van rond 155 mm. (in een brandbare gevel extra ruimte van 50 mm. rondom de buitenbuis houden) en monteer de geveldoorvoer met de muurplaat aan de binnenzijde van de wand. Aan de buitenzijde dient de muurplaat van de geveldoorvoer voldoende tegen de muur te worden afgedicht;...