S Class 3
2.3.4.2 Correcties aanbrengen
Kalibratiefouten van messen kunnen de volgende oorzaken hebben:
• Oorsprongsafwijking (1) De mespunt is ietwat gedraaid ten opzichte van de theoretische 0-hoek.
Deze fout kan worden gecorrigeerd door de oorsprong aan te passen. Zie verder.
• Laterale afwijking (2) De mespunt wijkt in laterale richting af van zijn theoretisch middelpunt. Deze
fout kan worden gecorrigeerd door de laterale parameter aan te passen. Zie verder.
• Longitudinale afwijking (3) De mespunt wijkt in lengterichting af van zijn theoretisch middelpunt.
Deze fout kan worden gecorrigeerd door de longitudinale parameter aan te passen. Zie verder.
(a) Theoretische mespositie
(b) Werkelijke mespositie
(c) Theoretische mesrichting
(d) Theoretisch mesmiddelpunt
Basisbediening
(1)
(c)
(b)
(a)
(d)
(2)
FIG 2-11
2-11
MOGELIJKE MESKALIBRATIES
Gebruikershandleiding
(3)
2-9