5. Toner-bespaarstand
Met deze functie verbruikt u minder toner om documenten af te drukken; de afdrukken zijn lichter maar nog
steeds leesbaar.
6. Afdruk beveiligen (op bepaalde modellen beschikbaar)
Zorgt ervoor dat vertrouwelijke of gevoelige documenten alleen kunnen worden afgedrukt als u een
wachtwoord op het bedieningspaneel van het apparaat invoert.
7. Beheerder
Met deze functie kunt u het beheerderswachtwoord wijzigen en het gebruik van verschillende afdrukfuncties
beperken.
8. Verificatie van gebruiker (op bepaalde modellen beschikbaar)
Met deze functie kunt u de beperkingen voor elke gebruiker bevestigen.
9. Andere afdrukopties
Slaaptijd
Selecteer deze optie om het apparaat meteen na het afdrukken in de slaapstand te laten gaan.
Macro (op bepaalde modellen beschikbaar)
Selecteer deze functie om een door u in het geheugen opgeslagen elektronisch formulier (macro) af te
drukken als sjabloon voor de afdrukopdracht.
Dichtheid afstelling
Hiermee specificeert u de afdrukdichtheid.
Uitvoer verbeteren
Selecteer deze optie om de hoeveelheid omkrullend papier te beperken en de tonerfixatie te verbeteren.
Lege pagina overslaan
Gebruik deze optie zodat de printerdriver automatisch blanco pagina's kan detecteren en deze niet
afdrukt.
Tekst in zwart afdrukken
Gebruik deze optie wanneer u tekst in kleur in zwart wilt afdrukken.
Afdrukarchief
Selecteer deze optie om de afdrukgegevens als pdf-bestand op uw computer op te slaan.
Eco-instellingen
Selecteer deze optie om afdrukgeluid te verminderen.
Verwante informatie
•
Afdrukken vanaf uw computer (Windows)
Gerelateerde onderwerpen:
•
Wijzig de standaard printerinstellingen (Windows)
•
Documenten afdrukken (Windows)
65