Zorg ervoor dat de kamschroef volledig is losgedraaid voordat u de processor plaatst. Er is geen kracht nodig om de processor goed in de ZIF-
socket te plaatsen.
LET OP:
Als de processor niet goed is geplaatst, kan dit ertoe leiden dat het contact af en toe wordt verbroken of dat de processor en de ZIF-socket
permanente schade oplopen.
1. Lijn de pin-1-hoek van de processor zodanig uit dat deze naar de driehoek op de ZIF-socket wijst en plaats de processor in de ZIF-socket.
Als de processor op juiste wijze is geplaatst, zullen alle vier de hoeken zich op dezelfde hoogte bevinden. Als een of meer hoeken van de processor zich
op een hoger niveau bevindt dan de andere hoeken, is de processor niet op juiste wijze geïnstalleerd.
LET OP:
Om contact tussen de kamschroef van de ZIF-socket en de processor tijdens het verwijderen of terugzetten van de processor te voorkomen,
drukt u zachtjes op het midden van de processor terwijl u de kamschroef aandraait of losmaakt.
2. Draai de ZIF-socket vast door de kamschroef rechtsom te draaien om de processor vast te zetten op het moederbord.
3. Verwijder het beschermvel van de koelsticker en plak de sticker op het gedeelte van de warmteafleider dat over de processor loopt.
4. Plaats de warmteafleider van de processor terug (zie
5. Plaats de onderplaat terug (zie
6. Schuif de batterij in het batterijcompartiment totdat deze vastklikt.
7. Werk het BIOS bij met behulp van de BIOS-upgrade-cd (zie