5.3 Elektrische aansluiting 5.4 Plaatsing We raden aan deze handleiding aandachtig door te lezen, omdat ze alle aanwijzingen bevat om de esthetische en functionele kwaliteiten van het toestel te behouden. Raadpleeg de website voor verdere informatie over dit product: www.smeg.com...
Waarschuwingen 1 Waarschuwingen • Laat de installatie en technische interventies uitvoeren door 1.1 Algemene gekwalificeerd personeel veiligheidswaarschuwingen overeenkomstig de geldende normen. Persoonlijk letsel • Voer geen wijzigingen uit op het • Het toestel en de bereikbare delen toestel. ervan worden heel warm tijdens het •...
Waarschuwingen • Gebruik eventueel houten of plastic 1.3 Aansprakelijkheid van de constructeur gereedschappen. De constructeur kan niet aansprakelijk • Ga niet op het toestel zitten. worden gesteld voor schade aan personen • Reinig het toestel niet met een en voorwerpen tengevolge: stoomreiniger.
Waarschuwingen 1.7 Wegwijs in de • De gebruiker moet het toestel dus aan het einde van het gebruik toekennen aan gebruiksaanwijzing geschikte centra voor de gescheiden In deze gebruiksaanwijzing komen de inzameling van elektrisch en elektronisch volgende begrippen voor: afval, of het overhandigen aan de verkoper wanneer een nieuw Waarschuwingen gelijkaardig toestel wordt gekocht.
Beschrijving 2 Beschrijving 2.1 Algemene beschrijving 1 Plint 6 Deur 2 Kookplaat 7 Ventilator 3 Bedieningspaneel 8 Bergruimte 4 Lamp Niveau van het frame voor roosters/ovenschalen 5 Pakking 2.2 Kookplaat AUX = Hulpbrander UR2 int = Zeer snelle brander interne vlamverdeler SR = Halfsnelle brander UR2 est = Zeer snelle brander externe...
Beschrijving 2.3 Bedieningspaneel Temperatuurknop (1) Functieknop (3) Met deze knop kan de temperatuur van de De verschillende functies van de oven zijn bereiding geselecteerd worden. geschikt voor verschillende bereidingswijzen. Nadat u de gewenste Draai de knop rechtsom op de gewenste functie heeft geselecteerd, moet u de waarde tussen het minimum en het kooktemperatuur instellen met de...
Beschrijving Druk op de knoppen, en draai deze 2.5 Beschikbare accessoires linksom op de waarde om de Op sommige modellen zijn niet overeenkomstige branders te ontsteken. alle accessoires aanwezig. Om de vlam te regelen, moet de knop in de zone tussen het maximum en het minimum gedraaid worden.
Pagina 8
Beschrijving Ovenschaal Handgreep draaispit Handig om het draaispit uit de ovenruimte te verwijderen. Nuttig voor het opvangen van vet dat Zelfreinigende panelen afkomstig is van het voedsel op het rooster erboven. Draaispit Deze panelen absorberen kleine vetresten. De accessoires die in contact kunnen komen met het voedsel zijn gemaakt van materialen conform de van kracht zijnde...
Gebruik 3 Gebruik Incorrect gebruik Beschadiging van de oppervlakken 3.1 Waarschuwingen Hoge temperatuur in de oven • Bedek de bodem van de ovenruimte tijdens het gebruik niet met aluminiumfolie. Gevaar op verbranding • Bij gebruik van bakpapier moet u er voor zorgen dat de circulatie van de •...
Gebruik 3.3 Gebruik van de accessoires Hoge temperatuur in de bergruimte tijdens het gebruik Roosters en ovenschalen Brand- en ontploffingsgevaar Roosters en ovenschalen moeten in de zijgeleiders worden geplaatst tot aan het • Sproei geen spuitbussen in de nabijheid eindpunt. van de oven.
Pagina 11
Gebruik Rooster voor ovenschaal geleiderframe is geplaatst en verwijder de handgreep. De ovenschaal wordt op het rooster geplaatst. Zo wordt het vet apart van het voedsel opgevangen tijdens de bereiding. Draaispit (enkel op sommige modellen) 1. Gebruik de bijgeleverde klemvork om 4.
Gebruik 3.5 Het gebruik van de kookplaat Reductieroosters Alle bedieningen en schakelaars bevinden De reductieroosters moeten op de roosters zich op het frontpaneel. Naast elke knop van de kookplaat gelegd worden. wordt de bijhorende brander aangeduid. Controleer dat deze correct Het toestel is voorzien van een elektronisch gepositioneerd zijn.
Gebruik Correcte positie van de vlamverdelers en 3.6 Het gebruik van de oven van de deksels Inschakelen van de oven Voordat de branders van de kookplaat Om de oven in te schakelen: ingeschakeld worden, moet gecontroleerd 1. Selecteer de gewenste bereidingsfunctie worden of de vlamverdelers correct met de functieknop.
Pagina 14
Gebruik Kleine grill (enkel op sommige Statisch+ventilator (enkel op modellen) sommige modellen) Met deze functie kan door middel De werking van de ventilator, van de warmte, enkel afkomstig van gecombineerd met de traditionele het centrale element, kleine bereiding, verzekert ook voor hoeveelheden vlees en vis gegrild ingewikkelde recepten homogene worden om spiezen, toasts en...
Gebruik 3.7 Advies voor bereidingen • Het voedsel moet gekruid worden voordat het wordt bereid. Ook olie of Algemeen advies vloeibare boter moet vóór de bereiding toegevoegd worden. • Gebruik de geventileerde functie om een gelijkmatige bereiding te bekomen • Gebruik de ovenschaal op het eerste op verschillende niveaus.
Gebruik 3.8 Klok programmeereenheid Advies voor het ontdooien en het rijzen • Er wordt aangeraden om het ingevroren voedsel zonder de verpakking in een recipiënt zonder deksel te plaatsen, op het eerste niveau van de oven. • Vermijd opeenstapeling van voedingsmiddelen.
Pagina 17
Gebruik Instelling van het uur 4. Na de bereiding worden de verwarmingselementen gedeactiveerd. Bij het eerste gebruik of na een Op het display wordt het symbool stroomonderbreking zullen de cijfers uitgeschakeld, knippert het symbool op het display van het toestel en wordt een geluidssignaal knipperen.
Pagina 18
Gebruik 2. Druk op de toets . Op het display 1. Druk op de toets . Het display toont verschijnt de som van het actuele uur en de cijfers en de knipperende de eerder ingestelde bereidingsduur. controlelamp tussen de uren en de 3.
Pagina 19
Gebruik Indicatieve tabel van de bereidingen Positie van de Temperatuur Gewicht Gerechten Functie geleider vanaf Tijd (minuten) (kg) (°C) onderaan Lasagne 3 - 4 Statisch 220 - 230 45 - 50 Pasta uit de oven 3 - 4 Statisch 220 - 230 45 - 50 Kalfsgebraad Turbo...
Reiniging en onderhoud 4 Reiniging en onderhoud Voedselvlekken of -resten Gebruik absoluut geen metalen sponzen of 4.1 Waarschuwingen scherpe krabbers zodat de oppervlakken niet worden beschadigd. Incorrect gebruik Gebruik normale en niet-schurende Beschadiging van de producten, en eventueel houten of plastic oppervlakken gerei.
Reiniging en onderhoud Vlamverdelers en deksels 4.3 Demontage van de deur Om de reiniging van de oven te De deksels en de vlamverdelers kunnen vergemakkelijken, kunt u de ovendeur verwijderd worden om de reiniging te verwijderen. vergemakkelijken. Reinig deze delen met behulp van heet water en een niet-schurend Voor een correcte demontage moet als reinigingsmiddel.
Reiniging en onderhoud de pinnetjes uit de openingen in de Verwijdering van de geleiderframes voor de roosters/ovenschalen scharnieren. Als de geleiderframes voor de roosters/ ovenschalen worden verwijderd, kan de reiniging van de zijdelen makkelijker uitgevoerd worden. Om de geleiderframes voor de roosters/ ovenschalen te verwijderen: 1.
Reiniging en onderhoud Regeneratie van de zelfreinigende 4.6 Buitengewoon onderhoud panelen (katalysecyclus) Delen onder elektrische stroom De regeneratiecyclus van de panelen is Gevaar voor elektrische schok een reinigingsmethode om vette en niet- suikerachtige resten te verwijderen. • Schakel de stroomtoevoer naar het 1.
Pagina 24
Reiniging en onderhoud Demontage van de pakking van de oven 4. Draai de lamp los en verwijder ze. Voor een grondige reiniging van de oven kunt u de pakking van de deur verwijderen. In de 4 hoeken en in het midden zitten haken die de pakking bevestigen aan de rand.
Installatie 5 Installatie Aansluiting met rubberleiding Controleer of alle volgende voorwaarden 5.1 Gasaansluiting gerespecteerd worden: • of de leiding op het rubber bevestigd is Gaslek met veiligheidsklemmen; Explosiegevaar • of de leiding op geen enkele plaats in aanraking komt met hete wanden (max. •...
Pagina 26
Installatie de gasleiding 6 op de slangaansluiting en Draai de aansluiting 3 zorgvuldig vast op bevestig ze met de klem 5 conform de van de gasaansluiting 1 van het toestel, en voorzie steeds de bijgeleverde pakking 2. kracht zijnde norm. Aansluiting met een flexibele stalen buis De aansluiting met rubberleiding met bajonetsluiting...
Pagina 27
Installatie Aansluiting met een flexibele stalen buis Ventilatie van de vertrekken met conische verbinding Het toestel mag enkel in permanent Voer de aansluiting op het gasnet uit met geventileerde ruimten worden een flexibele stalen slang met continue geïnstalleerd, zoals voorzien wordt door wand, conform de kenmerken van de de van kracht zijnde normen.
Installatie 5.2 Aanpassing aan de verschillende Na de handeling moet de installateur een conformiteitscertificaat afgeven. gastypes Het toestel werd gekeurd voor methaan G20 aan een druk van 20 mbar. Wanneer andere gastypes worden gebruikt, moeten de straalpijpen op de branders vervangen worden en moet de minimum vlam op de gaskranen geregeld worden.
Pagina 29
Installatie Regeling van het minimum voor methaan Regeling van het minimum voor of stadsgas vloeibaar gas Schakel de brander in, en stel in op de Draai de schroef naast het staafje van de minimum positie. Verwijder de knop van de kraan helemaal rechtsom.
Pagina 30
Installatie Type van gas en toebehorende landen Type van gas IT GB-IE FR-BE DE RU DK 1 Methaan G20 • • • • • • • • • 20 mbar G20/25 20/25 mbar • 2 Methaan G20 25 mbar • 3 Methaan G25 25 mbar •...
Pagina 31
Installatie Tabellen met kenmerken van de branders en de straalpijpen 1 Methaan G20 UR2 int. Nominaal warmteverbruik (kW) Diameter van de straalpijp (1/100 mm) Voorkamer (gedrukt op straalpijp) (H1) (H4) Gereduceerd verbruik (W) 1600 2 Methaan G20 UR2 int. Nominaal warmteverbruik (kW) Diameter van de straalpijp (1/100 mm) Voorkamer (gedrukt op straalpijp) (H8)
Pagina 32
Installatie 8 Vloeibaar gas G30/31 UR2 int. Nominaal warmteverbruik (kW) Diameter van de straalpijp (1/100 mm) Voorkamer (gedrukt op straalpijp) Gereduceerd verbruik (W) 1600 Nominaal verbruik G30 (g/h) Nominaal verbruik G30 (g/h) 9 Vloeibaar gas G30/31 UR2 int. Nominaal warmteverbruik (kW) Diameter van de straalpijp (1/100 mm) Voorkamer (gedrukt op straalpijp) Gereduceerd verbruik (W)
Installatie 5.3 Elektrische aansluiting Het toestel kan op de volgende manieren functioneren: Elektrische spanning • 220-240 V 1N~ Gevaar voor elektrische schok • Laat het toestel aansluiten door gekwalificeerd technisch personeel. • Gebruik een persoonlijk Gebruik een driepolige kabel 3 x 2,5 mm². beschermingsmiddel.
Installatie Vaste aansluiting Algemene informatie Voorzie een meerpolige onderbreking voor Het toestel kan geïnstalleerd worden tegen de voeding, overeenkomstig de wanden die hoger zijn dan het werkblad, installatienormen. op een minimum afstand van 50 mm van de zijkant van het toestel, zoals wordt De onderbreking moet gemakkelijk aangeduid in de afbeeldingen A en C bereikbaar zijn, in de nabijheid van het...
Pagina 35
Installatie Montage van de plint De bijgeleverde plint is een integrerend deel van het product. Ze moet op het toestel bevestigd worden voordat het toestel zelf wordt geïnstalleerd. De plint moet steeds correct gepositioneerd en bevestigd worden op het toestel. 1.
Pagina 36
Installatie Positionering en nivellering van het Montage van de onderplint toestel De bijgeleverde plint is een Voor een betere stabiliteit moet het toestel integrerend deel van het product. correct genivelleerd zijn; draai na de Deze moet op het toestel elektrische en/of gasaansluiting het bevestigd worden voordat het onderste deel van het voetje vast of los tot toestel zelf wordt geïnstalleerd.