Display op voorpaneel (indicators)
1
OUT
:
1
HDMI
Gaat branden als er HDMI-signalen worden in- of uitgevoerd.
OUT
Gaat branden als er HDMI-signalen worden uitgevoerd.
2
CINEMA DSP
Gaat branden als CINEMA DSP (p. 36) is geactiveerd.
3
ENHANCER
Gaat branden als Compressed Music Enhancer (p. 39) is
geactiveerd.
4
ADAPTIVE DRC
Gaat branden als Adaptive DRC (p. 52) is geactiveerd.
5
STEREO
Gaat branden als het toestel een stereo FM-radiosignaal
ontvangt.
TUNED
Gaat branden als het toestel een signaal van een FM/AM-
zender ontvangt.
2
3
4
ENHANCER ADAPTIVE DRC
STEREO
TUNED
A
6
iPod CHARGE
Gaat branden wanneer de iPod wordt opgeladen terwijl het
toestel in de stand-bymodus staat (p. 44).
7
SLEEP
Gaat branden als de slaaptimer is ingeschakeld.
8
MUTE
Knippert als de audio is gedempt.
9
Volume-indicator
Geeft het huidige volume aan.
0
Cursorindicators
Geeft aan welke cursortoetsen op de afstandsbediening
momenteel bediend worden.
A
Informatieweergave
Geeft de huidige status weer (zoals naam van ingang en
naam van geluidsmodus). Druk op INFO (p. 33) om tussen
de weergegeven informatie te schakelen.
5
6
7
8
VOL.
iPod
CHARGE
SLEEP
MUTE
>
B
Luidsprekerindicators
Geeft de luidsprekeraansluitingen aan waarvandaan de
signalen worden weergegeven.
A
Voorste luidspreker (L)
S
Voorste luidspreker (R)
D
Middelste luidspreker
F
Surroundluidspreker (L)
G
Surroundluidspreker (R)
L
Subwoofer
EIGENSCHAPPEN ➤ Namen en functies van onderdelen
9
SW
C
L
R
SL
SR
SBL
SBR
B
8
Nl