Inisol DB 110
3.3
Controlelampje
3.4
Werkingsprincipe
12/10/2010 - 300025133-001-A
Het symbool wordt weergegeven wanneer de
T
geselecteerde parameter gewijzigd kan worden
Waarde van de geselecteerde parameter of foutcode
Y
Sensoren. Het symbool knippert wanneer de
U
bijbehorende parameter geselecteerd is.
Pomp P1. Het symbool knippert wanneer de pomp P1
I
actief is.
Het symbool wordt permanent weergegeven wanneer de
O
pomp P1 opgeladen wordt. Het symbool knippert
wanneer de maximum laadtemperatuur van de boiler
bereikt is.
4 Het groene lampje knippert: Zonneboiler in bedrijf (de boiler wordt
opgewarmt met zonne-energie).
4 Het groene controlelampje brandt: Zonneboiler functioneert
normaal (het systeem staat in de wachtstand).
4 Het lampje knippert groen/rood: Storing temperatuursensor of
handmatige modus.
4 Het rode controlelampje knippert: Waterniveau te laag.
4 Controlelampje uit: Systeem spanningsloos.
In de automatische modus werkt de installatie volgens de volgende
fasen:
3. Beschrijving
6