Instellingen
Introductie
U kunt de instellingen voor functies en apps aanpassen. U kunt uw apparaat personaliseren door de
verschillende instelopties te configureren.
Open de app Instellingen.
Tik op
om naar instellingen te zoeken met zoekwoorden.
Verbindingen
Opties
Instellingen wijzigen voor verschillende verbindingen, bijvoorbeeld de Wi-Fi-functie en Bluetooth.
Tik op het scherm Instellingen op Verbindingen.
• W i-Fi: schakel de functie Wi-Fi in om verbinding te maken met een Wi-Fi-netwerk en ga het
internet op of maak verbinding met andere netwerkapparaten. Raadpleeg
informatie.
• B luetooth: gebruik Bluetooth om gegevens of mediabestanden uit te wisselen met andere
apparaten waarop Bluetooth is ingeschakeld. Raadpleeg
• Z ichtbaarheid telefoon: andere apparaten toestaan uw apparaat te vinden om inhoud met
u te delen. Als deze functie is ingeschakeld, is uw apparaat zichtbaar voor andere apparaten
wanneer ze zoeken naar beschikbare apparaten via de optie Bestanden overzetten naar
apparaat.
• G egevensgebruik: u kunt uw gegevensgebruik bijhouden en limietinstellingen aanpassen.
Stel in dat het apparaat in de mobiele gegevensverbinding automatisch uitschakelt als de
hoeveelheid gebruikte mobiele gegevens de ingestelde limiet bereikt.
Bluetooth
159
Wi-Fi
voor meer
voor meer informatie.