Reparatie en onderhoud product
Probeer niet zelf het product te repareren, aangezien het openen of
verwijderen van de deksels u kan blootstellen aan gevaarlijke spanningspieken
of andere risico's. Laat onderhoud en reparaties over aan een gekwalificeerde
monteur.
In de volgende omstandigheden moet u dit product loskoppelen van het
stopcontact en contact opnemen met bevoegd onderhoudspersoneel:
•
wanneer de voedingskabel of stekker beschadigd of gerafeld is
•
wanneer er vloeistof in het product is gemorst
•
wanneer het product werd blootgesteld aan regen of water
•
als het product is gevallen of als de behuizing beschadigd is
•
als het product een opvallende verandering in prestaties vertoont, wat
erop wijst dat reparatie of onderhoud nodig is
•
als het product niet normaal werkt nadat u de bedieningsinstructies hebt
gevolgd
Opmerking: pas alleen de bedieningselementen aan die door de
gebruiksaanwijzingen zijn beschreven. Onjuiste aanpassingen aan andere
bedieningselementen kunnen schade veroorzaken. In dat geval is het
mogelijk dat een bevoegde technicus uitgebreide werkzaamheden moet
uitvoeren aan het apparaat om het product te herstellen naar de normale
toestand.
Waarschuwing! Omwille van veiligheidsredenen mag u geen niet-
compatibele onderdelen gebruiken wanneer u componenten toevoegt of
wijzigt. Raadpleeg uw wederverkoper voor aankoopopties.
Uw apparaat en de uitbreidingen kunnen kleine onderdelen bevatten. Houd ze
buiten het bereik van kleine kinderen.
Aanvullende veiligheidsinformatie
•
Kijk niet in de lens van de projector wanneer de lamp is ingeschakeld. Het
heldere licht kan uw ogen beschadigen.
•
Schakel eerst de projector en daarna de signaalbronnen in
•
Plaats het product niet in de volgende omgevingen:
•
Een ruimte die slecht geventileerd of zeer ingesloten is. Zorg voor minstens 50
cm afstand van de muren. Er moet altijd lucht rond de projector kunnen
stromen.
•
Locaties waar de temperatuur extreem hoge waarden kan bereiken, zoals het
interieur van een auto waarvan alle ruiten gesloten zijn.
•
Locaties waar een extreme vochtigheid, veel stof of sigarettenrook de optische
onderdelen kan aantasten waardoor de levensduur wordt verkort en het beeld
wordt verdonkerd.
•
Locaties in de buurt van een brandalarm.
•
Locaties met een omgevingstemperatuur van meer dan 40 ºC/104 ºF.
•
Locaties die hoger liggen dan 3000 m.
v