16 - Een Bluetooth-verbinding gebruiken
E
B
E N
L U E T O O T H
Bluetooth is een technologie waarmee u gegevens draadloos
kunt overdragen tussen vele verschillende apparaten die zich op
korte afstand van elkaar bevinden. Voorbeelden van apparaten
met Bluetooth zijn, onder andere, computers, mobiele telefoons,
tablets, draadloze koptelefoons en toetsenborden.
Om Bluetooth te gebruiken, moet u controleren of:
1. Bluetooth op beide apparaten ingeschakeld is.
2. Uw apparaten "gekoppeld" (of verbonden) zijn.
Bluetooth in- en uitschakelen
De Bluetooth-adapter moet op beide apparaten worden
ingeschakeld. Op uw computer kan dat een externe schakelaar,
een software-instelling of een aparte, in een USB-poort van de
computer gestoken, Bluetooth-dongle (wanneer er geen interne
Bluetooth-adapter aanwezig is) zijn.
Opmerking
Controleer de gebruikershandleiding van uw apparatuur om te zien hoe u de
Bluetooth-adapter inschakelt.
Bluetooth inschakelen en een apparaat toevoegen
Elke nieuw apparaat moet eerst "gekoppeld" worden met de
Bluetooth-adapter van uw computer. Dat betekent dat deze eerst
uit veiligheidsoverwegingen geverifieerd moet worden. U hoeft
slechts eenmaal te koppelen. Daarna zullen ze verbonden worden
door simpelweg de Bluetooth-adapter op beide apparaten in te
schakelen.
Op uw computer is Bluetooth standaard uitgeschakeld. Ga als
volgt te werk om de Bluetooth-adapter van de computer in te
schakelen:
1. Druk op de Windows-toets of selecteer de knop Windows [Start]
(Start) > [Settings] (Instellingen) > [Devices] (Apparaten) >
[Bluetooth & other devices] (Bluetooth en andere apparaten) en
-
V E R B I N D I N G G E B R U I KE N